Stranders – Iris Stobbelaar

Stranders – Iris Stobbelaar (JFA)

Uitgeverij Ploegsma bv, Amsterdam (2015) Kinder & Jeugdboeken

445 pagina’s; prijs 17,99

Vormgeving: Nanja Toebak & Nancy Koot

Illustraties: Maaike Putman

Wees voorzichtig als je iemand verwenst, want het zo zomaar kunnen dat de persoon die je verwenst hebt, ook zomaar ver weg gewenst hebt. Dat is zo’n beetje de strekking van het schrijversdebuut van Iris Stobbelaar. Ik had nog nooit van haar gehoord, maar dat wil niet heel veel zeggen. Er zijn megaveel mensen waar ik nog nooit van gehoord heb en die de meest waanzinnige  (positief, dan wel negatief ) dingen doen. Laten we het bij het positieve houden. Iris Stobbelaar is dus een kinderboekenschrijfster, maar daarnaast ook een regisseuse en actrice. Als actrice zou je haar misschien kunnen kennen. Ze speelde Eva in de serie SamSam, die van 1994 tot en met 2003, op commerciële kanalen in Nederland werd uitgezonden. Inmiddels is ze getrouwd met regisseur Roel Reiné en heeft een zoon en een dochter en wonen ze sinds 2003 in Los Angeles. Zover maar weer over Iris persoonlijk. Laten we het eens over ‘Stranders’ hebben.

Job is het meer dan zat om op zijn kleine zusje Kaatje te passen. Zijn ouders hebben het altijd druk. Zijn moeder heeft een nagelboetiek, waar ze het heel artistiek druk mee heeft, en Jobs vader is een beleggingsadviseur. Het enige wat hij nodig heeft is een mobiele telefoon. Daar doet hij alles mee. Afspraken maken, de krant erop lezen, de beurzen en e-mails checken. Hij belt er zelfs soms wel eens mee. Het heeft zo zijn voordelen dat zijn ouders het zo druk hebben. Ze houden hem niet echt in de gaten, zodat hij (meestal) kan doen wat hij wil. Als Job enigst kind was geweest… dan had hij een leven als een luis op een zeer hoofd gehad. Maar hij was niet alleen… er was altijd een klein irritant zusje. Als hij dan zelfs op een zaterdag op haar moet passen omdat zijn ouders naar oma moeten, die net geopereerd is, en hij zodoende een belangrijke voetbal wedstrijd moet missen…, is dat de bekende druppel. Hij probeert die zaterdagmorgen al heel vroeg het huis uit te glippen , zodat zijn ouders een andere oplossing voor Kaatje moeten verzinnen, maar zijn plannetje gaat niet door. Kaatje is ook wakker en wil kost wat het kost met hem mee. Job is boos, heel erg boos en zijn hoofd vult zich met zwarte gedachten, zijn vuisten balden zich en hij denkt: Ik wou dat je je eigen nachtmerrie was, in plaats van die van mij. Op een plek waar ik nooit meer last van je had. Als hij zijn ogen open doet ziet hij Kaatje niet meer en hij maakt dat hij wegkomt. Als hij na een fijne sportieve dag thuiskomt, is zijn moeder er, maar Kaatje is in geen velden of wegen te zien. Hij rent in paniek naar buiten om haar te gaan zoeken. Tevergeefs. Hij wil net terug naar huis gaan om zijn ouders de waarheid te vertellen als een duistere figuur, geleund tegen een lantaarnpaal hem vraagt of hij zijn zusje zoekt. Als hij die vraag bevestigend beantwoord… loopt de figuur weg en Job volgt hem. In no time is het asfalt weg, de huizen van de buren en zelfs de lantaarnpaal is weg. De duistere figuur en hij zijn in een andere wereld. Het is het begin van de zoektocht naar Kaatje. Sterker nog… Kaatje vinden is de enige mogelijkheid om weer naar huis terug te keren. In een vreemde wereld die bevolkt wordt door monsters en waar je zelfs het landschap niet kunt vertrouwen, is dit geen gemakkelijke opgave. Vooral als blijkt dat hij niet de enige is die Kaatje zoekt.

Ik vond het een kostelijk boek en heb me er prima mee vermaakt. Ik weet niet of ze met een vervolg bezig is, of iets nieuws, maar als ze met een nieuw boek komt… dan houd ik me aanbevolen.

Jos Lexmond

De Prometheus Award 2016

De Prometheus Award is een prijs voor ‘Libertarian Science Fiction‘ romans die jaarlijks uitgereikt worden door de Libertarian Futurist Society. Neil Smith creëerde de prijs in 1979. Tot 1982, toen de Libertarian Futurist Society nieuws leven in werd geblazen, werd de Prometheus Award niet jaarlijks uitgereikt.

In 2016 wordt de Prometheus Award voor het beste boek uitgereikt tijdens een ceremonie tijdens de  MidAmeriCon II (de 74ste World Con), die plaats zal vinden van 17 t/m 21 augustus in het Kansas City Convention Center (Kansas City, Missouri). De ontvanger van de prijs is al bekend:
‘Seveneves’, van Neal Stephenson.

25 juli 2016: RIP Tim LaHaye

Op 25 juli 2016 is Tim Lahaye op 90-jarige leeftijd overleden in San Diego, Californië. De oorzaak van zijn dood is een beroerte. Tim was een Amerikaanse predikant, spreker en schrijver van christelijke boeken.

LaHaye is vooral bekend van de dertiendelige serie ‘Left Behind’, die in Nederland is verschenen onder de titel ‘De laatste bazuin’. Hij schreef deze boeken in samenwerking met Jerry B. Jenkins. ‘Left Behind’ gaat over de in de Bijbel vermelde ‘End of Days’, de laatste dagen van de mensheid op Aarde. Er zijn drie films gemaakt n.a.v. LaHayes serie.

Drakensteen – Mariëtte Aerts

Drakensteen – Mariëtte Aerts (YFA)

De Kronieken van de Zeven Eilanden 3

De Vier Windstreken , Rijswijk (2016)

437 pagina’s; prijs 15,95

Omslag & kaart: JeRoen Murré

Altijd als ik op vakantie ga, kies ik een paar speciale boeken die ik, of voor de gelegenheid bewaard heb, of die ik altijd nog eens zou willen lezen. Meestal is een van de laatste categorie er een van Jack Vance. Die blijf ik mooi vinden en kan ik aan het herlezen blijven. Maar niet dit jaar. Nee dit jaar had ik zo’n stapel recensieboeken liggen dat het me geen enkele moeite kostte er daar een aantal van me te nemen. ‘Drakensteen’ kwam net binnen voordat ik naar Wales vertrok binnen en dus was de keuze niet zo moeilijk: die moest sowieso mee. Verder pakte ik er nog een paar in waar ik ook wel mee door een deur kon. Ze volgen, of zijn al geweest, kortelings.

‘Drakensteen’, het derde deel alweer van ‘De kronieken van de Zeven Eilanden’. Er zijn haast geen superlatieven meer te verzinnen, dan diegenen die ik al gebruikt heb. Mariëtte Aerts gaat gewoon onverstoorbaar door met haar geweldige verkenning van de zeven eilanden en concentreert zich ditmaal hoofdzakelijk op het zuiden van Ing’Tassa. De wezens en volkeren, zoals de Guhulu en de Drakenrijders, die daar wonen en hun vreemde gewoonten etaleren, verrijken de toch al rijke scharkering van schepsels die ‘De Kronieken van de Zeven Eilanden’ bewonen en degenen die wel al kenden, zoals de Vogelheksen en Dwingers (of Zaghra-mongul), daar gaan we alleen maar meer van te weten komen. Je kunt haast niets vertellen over dit boek zonder wat weg te geven, dat is jammer. Maar het is niet jammer dat je het daarom zelf moet lezen en Genieten. Met inderdaad de hoofdletter G. Toch ga ik een poging wagen om wat van de inhoud te vertellen zonder al teveel te verklappen.

Raben en Calli vergezellen Nayari, de Guguvrouw met de gestreepte huid en gouden ogen, naar het dorp waar ze geboren is: Lahaz een dorpje aan de rand van de woestijnlanden van Guhulu woestijn, waar het wemelt van de draken. Nayari was ze door haar ouders vcrkocht aan een rijke koopman. Nadat ze had kunnen ontsnappen aan die koopman sloot ze zich aan bij de bende van Zoutbaard en werd een pirate. Ze was nimmermeer teruggekeerd en had nooit meer voet gezet op Zuid-Tassaanse bodem. Het blijkt dat tijdens haar afwezigheid er veel is gebeurd en veranderd. Er zijn wel geen Dwingers ofwel Zaghra-mongul in Lahaz, maar toch dwingt er iets. Wat is er met de olkana staf van Calli en wat wil Ilzani, de sjamaan ermee en met hen? Verder is Shintelle en de zelfbenoemde magiër Himondar nog steeds bezig het leger van mengwezens uit te breiden, maar er is iets met de menswezens aan de hand. Er lijken steeds meer mislukkingen uit de mengwezens voort te komen en ze lijken niet meer zo onoverwinnelijk als tevoren. Kan erfjonker Enzor zijn troon als heerser van Kir terugwinnen?

Het zijn allemaal vragen die ten dele beantwoord worden, maar ook die andere weer oproepen. Waar is bijvoorbeeld Zuran Zoutbaard gebleven? Hij probeerde de Vale Oceaan over te steken. Is dat hem gelukt? En zo ja… wat heeft hij daar aangetroffen?

Nu… heb ik teveel weggeven of ben je nu in verwarring? Er zit toch niets anders op dan ‘Drakensteen’ te gaan lezen. Het is een fijne dikke pil geworden met alweer een prachtige omslag van JeRoen Murré, dat mag ook wel eens gezegd worden.

Ik ben alweer benieuwd naar het vierde boek, waarvan Mariëtte Aerts aan het NCSF de titel al verklapt heeft: ‘Stormbrekers’. Als ik er maar niet te lang meer op moet wachten. Hoewel… anders herlees ik de eerste drie delen misschien nog maar een keer. Misschien is dat zelfs niet eens zo’n heel slecht idee. eer

Jos Lexmond

Space Rats – Bavo Dhooge

Space Rats – Bavo Dhooge (SF)

L.A. reeks 9

Uitgeverij Houtekiet, Antwerpen/Utrecht (2016)

277 pagina’s; prijs 14,99

Omslag: Wil Immink Design

Ondanks zijn omvangrijke oeuvre, heb ik tot nu toe weinig (een los verhaal (waarschijnlijk ‘Speelgoedpop’ uit ‘Horrorarium’) en ook ‘Splinters’ en ‘Straks werd ons geluk vermoord’) van Bavo Dhooge gelezen. Volgens mijn recensies van beide boeken (beiden uit 2008 ik wist niet dat ik dit al zo lang deed!!!) vond ik de eerste de moeite waard en de tweede absurd (met een hele slechte omslag). Ik moet zeggen dat ik, zelfs na het lezen van ‘Space Rats’ nog altijd wel geïnteresseerd ben om zijn Styx trilogie te lezen. De vertaalrechten zijn al in Amerika verkocht en ook de filmrechten zijn al binnen. Groot succes dus.

Zelfs na het lezen van ‘Space Rats’. Dat klink nogal onheilspellend, niet? In een woord: klucht. ‘Space Rats’ is een klucht. Ik vond humoristische SF meestal wel leuk. De verhalen en boeken van Eric Frank Russell… geweldig!. De ‘Deathworld’ trilogie van Harry Harrison… prachtig! De boeken van ‘De roestvrij stalen rat’… kan je me altijd nog eens mee verrassen. ‘De zeventien maagden’ of ‘Freitzke beurt’, van Jack Vance… ronduit hilarisch. Die kan ik nog wel twintig keer lezen.

Maar ‘Space Rats’? Ik vond het nogal over de top. Een beetje overdreven en geforceerde humor die nauwelijks serieus te nemen is. Ik weet niet welke figuur de hoofdprijs voor de grootste sukkel moet krijgen. De aap Chip of Brody Baldwin, maar ik denk dat ik toch Brody (met zijn visjes) maar kies. Bij vlagen was het wel aardig, maar als ‘Space Rats’ model staat voor de gehele L.A. reeks, dan vrees ik dat ik de rest van de reeks aan mij voorbij laat gaan. Toch vreemd dan dat het zo succesvol lijkt te zijn.

Bavo Dhooge heeft iets aparts met de letter ‘S’. Al zijn verhalen en boeken beginnen ermee. Nou… misschien niet alle verhalen en boeken. Degenen die onder pseudoniem geschreven zijn hebben dat euvel niet (hoewel… de twee boeken die hij onder het pseudoniem Harold S. Karstens schreef, beginnen ook met een ‘S’).  Hoe dan ook… door het gebruik van de ‘S’ om zijn titels mee te beginnen heeft hij de bijnaam S-Express gekregen.

Maar goed… even nog iets over het verhaal. RATS is een organisatie die in competitie met de Britse Richard Branson (van Virgin) is om de eerste commerciële ruimtevlucht te realiseren. Dwayne Bryce (veel vlieguren en ook veel borrels) krijgt de eer om de eerste ruimteshuttle van multimiljonair Sly Pollock (ook wel Spock genoemd) door de dampkring te schieten. Het wereldberoemde zangeresje Vicky Miller wil, samen met haar aap Chip, de eerste commerciële vlucht maken. Ze wil in de ruimte een clip opnemen voor haar laatste hit. En dan is er nog de ex-marinier Brody Baldwin, die de ruimte in wil om met zijn zaad de mensheid te redden.  Er is ook nog de FBI agente, Jenny Jàmes, die undercover, als journaliste, beetje bij beetje achter de waarheid komt, dat Dwayne Bryce te veel weet en niet alleen als een rat in de val zit, maar ook als een rat in een laboratorium getest wordt.

Ik heb nogal zitten dubben of het als een futuristische thriller gezien moet worden of als SF. De bemande reis naar Mars (nee… ik verklap verder niets) deed de balans naar de SF doorslaan en dat is het dus geworden.

Een conclusie geven is welhaast overbodig. Dat heb ik in voorgaande tekst al gedaan. Maar als u van kolderieke avonturen en kluchten houdt… vooral aanschaffen en van genieten.

Jos Lexmond

Een kroon voor Koud Zilver – Alex Marshall

Een kroon voor Koud Zilver – Alex Marshall (HF)

Crimson Imperium deel 1

Uitgeverij Luitingh-Sijthoff  B.V., Amsterdam (2016)

686 pagina’s; prijs 29,99

Oorspr.: A Crown for Cold Silver  –  (Orbit Books – 2015)

Vertaling: Gerda Wolfswinkel

Omslag: Lauren Panapinto/DPS – Kaart: Tim Paul

Hoewel er wel een beetje geheimzinnig over is gedaan wie Alex Marshall is, was het vrij gemakkelijk te achterhalen wie het echt was. Hoewel ik er zeker van was dat zijn echte naam bij Fantastic Fiction vermeld was, was die mededeling bij een tweede keer kijken nu weg, maar als je op de website van Jesse Bullington kijkt, staat het tweede boek in de Crimson Imperium trilogie ‘A Blade of Black Steel’ luid en duidelijk aangekondigd. Dus het is wel zeker dat Jesse, Alex is. Nu… dat is ook weer uit de weg.

Dan het boek zelf… Ik moet er eerlijk over zijn, maar ik heb het na hoofdstuk 16 (bladzijde 486) aan de kant gelegd. Toen had ik er genoeg van. Het boek was prachtig verzorgd, mooi uitgevoerd en het had een prima kwaliteit papier. Maar daar ben je er niet mee. Ik ben natuurlijk geen regelrechte Fantasy fan, maar ik herken wel fantastisch Fantasy als ik het lees. Om bij dezelfde uitgeverij (Luitingh-Sijthoff) te blijven. Die hebben geweldige Fantasy auteurs in huis als Robin Hobb, Andrzej Sapkowski, zeker een aantal (vroegere) titels van Terry Goodkind en niet te vergeten George R.R. Martin. Misschien moet ik Naomi Novik met ‘Ontworteld’, die allerlei prijzen met dat boek bij elkaar sprokkelt, ook nog even noemen. Nog niet gelezen, maar dat ga ik zeker nog doen. Bij andere uitgeverijen kan ik Joe Abercrombie en verder in het verleden Ursula K. LeGuin en uiteraard Terry Pratchett nog wel noemen. Er zijn er vast nog veel meer, maar die schieten me even niet te binnen.

Terug naar ‘Een kroon voor Koud Zilver’… ik legde het na hoofdstuk 16 aan de kant, maar moet eerlijk zeggen dat ik die nijging al een aantal malen eerder gehad had. Normaal gesproken doe ik dat niet. Er zijn maar weinig boeken die ik voor het einde weggelegd heb, maar ik kon me maar niet bij het verhaal houden. Enerzijds omdat het maar bij vlagen boeiend was en verder maar doorsukkelde en anderzijds, daar moet ik ook weer eerlijk in zijn, dat de stapel met recensieboeken gestaag groeide omdat het niet opschoot met lezen. Heb ik normaal gesproken een leestempo van 60 tot 100 pagina’s, nu kwam ik niet verder dan 40 pagina’s per avond of zelfs nog minder. Dan moet je dus rekenen dat ik minimaal 17 dagen kwijt ben om deze pil te lezen. Als het dan boeiend en spannend en origineel is… dan is dat geen probleem, maar als ik erop moet kauwen om er doorheen te komen… dan gaat het steeds meer tegenstaan. En zoals gezegd kwamen de momenten dat het verhaal wel boeide veel te weinig voor. Ik moet toegeven… het bloed stroomde soms van de pagina’s, de lichaamsdelen vlogen me van tijd tot tijd om de oren en sommige scènes waren zeer levendig beschreven. Maar dat was niet voldoende om hijgend en kwijlend door het verhaal heen te rauzen en dan smachtend na de laatste pagina om het volgende deel te smeken. Jammer… het had mooi kunnen zijn. Misschien had Jesse Bullington (Alex Marshall) beter bij zijn historische fictie kunnen blijven en de heroïsche fantasy aan anderen over kunnen laten.

Ik heb nog even bij collega recensenten gekeken, iets wat ik normaal gesproken niet doe en wat ik ook niet eerder dan dit moment gedaan heb, en daar zijn de meningen verdeeld. Geweldig, goed, teveel en te lang en allerlei meningen komen voorbij. Een van hen vergelijkt Marshall zelf met George R.R. Martin, maar deze vergelijking moet ik toch ten stelligste tegen spreken. Martin heeft veel meer en veel betere verhaallijnen, intriges en cliffhangers.

Misschien oordeel ik te streng, maar ik kan er niet meer van maken. Waarschijnlijk is een eigen mening de beste.

In het Engelse taalgebied is het tweede deel ‘A Blade of Black Steel’ verschenen en is het derde en laatste deel ‘A war in Crimson Embers’ in 2017 al aangekondigd. Ik sla ze bij voorbaat maar over.

Jos Lexmond

Jussi Valtonen – Ze weten niet wat ze doen

Jussi Valtonen  – Ze weten niet wat ze doen

Ze weten niet wat ze doen (SF)
Jussi Valtonen
Uitgeverij Signatuur, Amsterdam (2016)
603 pagina’s; prijs 19,95
Oorspr.: He eivät tiedä mitä tekevät (Tammi Publishers, Helsinki – 2014)
Vertaling: Annemarie Raas
Omslag: Dog and Pony

Jussi Valtonen studeerde psychologie, theoretische filosofie en Engelse filologie aan de universiteit van Helsinki. Ook studeerde hij af in de neuropsychologie aan de John Hopkins University in de Verenigde Staten. Hij is vader en in zijn vrije tijd speelt gitaar in twee rockbands. Hij debuteerde in 2003. Dan weten we een beetje over wie we het hebben. Dit boek is bekroond met de prestigieuze Finlandia Prize 2014 en is meteen ook Finlands beste verkocht boek van 2014.

Er zijn boeken die me de kriebels geven en dan bedoel ik niet de horror, maar boeken die ons een mogelijke toekomst voorschotelen die me angst aanjaagt. Dat is me in de loop der jaren al verschillende malen overkomen.

Lees verder “Jussi Valtonen – Ze weten niet wat ze doen”

Shirley Jackson Award Winnaars 2015

Shirley Jackson Award Winnaars 2015

 De Shirley Jackson Awards 2015 zijn uitgereikt op 10 juli tijdens de Readercon 27 in Quincy, Massachusetts.

De Awards, ingesteld in 2007, zijn vernoemd naar Shirley Jackson (1916-1965), een Amerikaanse schrijfster van griezelverhalen. Haar bekendste roman is: ‘Het spookhuis op de Heuvel’ verscheen in vertaling bij Bruna in 1965, als Zwart Beertje 901.

Boek: Gemma Files – Experimental Film

 Novelle: Elizabeth Hand – Wylding Hall

 Lang verhaal: Steve Duffy – Even Clean Hands Can Do Damage

 Kort verhaal: Lynda E. Rucker – The Dying Season

 Bundel: Stephen King – The Bazaar of Bad Dreams (De bazaar van boze dromen)

 Anthologie: Aickman’s Heirs

2 juli 2016: RIP Elie Wiesel

Op 2 juli 2016 is de Amerikaans-joodse schrijver Elie Wiesel op 87 jarige leeftijd, in Manhattan, New York in zijn eigen huis overleden. Hij werd in 1929 geboren in Sighet, Hongarije en was vooral bekend door zijn boeken over zijn ervaringen in de Holocaust die hij overleefde. Hij ontving de Nobelprijs voor de Vrede in 1986. Zijn oeuvre bestond uit meer dan 40 fictie- en non fictie boeken. Een van die werken was ‘De Golem: Een legende’, dat in 1987 bij Gooi en Sticht in vertaling verscheen. Het was zijn eigen versie van, het als fantastisch verhaal geziene, versie van het verhaal.

Het meisje met alle gaven verfilmd

Het meisje met alle gaven verfilmd

‘Het meisje met alle gaven’ (The Girl with all the Gifts), het geweldige boek van M.R. Carey dat in februari 2015 bij Bruna in vertaling verscheen, wordt momenteel verfilmd. Recentelijk kwam een eerste trailer beschikbaar. Zie hieronder voor een link naar die trailer. De release datum van de film zal rond eind september van dit jaar liggen. Het is nog niet zeker dat het in Nederland te zien zal zijn. Hopelijk van wel. Hierna nogmaals de recensie die ik schreef voor Holland SF. Het was mijn laatste voor dit onvolprezen blad.

Het meisje met alle gaven – M.R. Carey (SF)

A.W. Bruna Uitgevers B.V., Amsterdam (2015)

431 pagina’s; prijs 19,95

Oorspr.: The girl with all the Gifts  –  (Orbit, Londen – 2014)

Vertaling: Mary Bresser

Omslag: Shutterstock/Duncan Spilling – LBBGonvolprezen blad.

Dit is mijn laatste recensie voor Holland SF. Een beetje weemoedig word ik daar wel van. Maar… dit was een geweldig boek om te lezen en dat doet dan ook weer goed. Het stond op de shortlist van de Arthur C. Clarke Award van 2015 en de James Herbert for Horror Writing 2015. Het won beide wel niet, maar dat doet er niet toe. Het was prachtig en origineel. Er staan wat kreten op de binnenflap van de omslag en meestal heb ik daar wel zoiets van: Mmmm… het zal wel. Maar nu zijn alle teksten juist en een ervan intrigeerde me absoluut: Een van de vijf boeken die iedereen zou moeten lezen voor hij (of zij natuurlijk) sterft. Ik heb dan meteen zoiets van: Okay… welke zijn die andere vier dan? Dat moet uiteraard: ‘Station Elf’ van Emily St. John Mandel zijn, want die won de Arthur C. Clarke Award van 2015 natuurlijk. Maar dan blijven er nog drie over. Welke drie dan?

Nou ja, daar toch maar niet het hoofd over gebroken, want daar kom je natuurlijk toch nooit achter.

Laten we ons concentreren op ‘Het meisje met alle Gaven’. Vanaf de eerste paar woorden wordt je het boek en het verhaal ingetrokken en ik had de grootst mogelijke moeite het neer te leggen om naar bed te gaan en kon daarna niet meer wachten tot de volgende dag mijn vrouw naar bed ging en ik me met een borrel lekker op de bank kon installeren om me weer onder te dompelen in een toekomstig Engeland waar een medische plaag is losgebarsten die de meeste mensen en ook dieren) in zombies veranderd heeft. De weinige overgebleven mensen hebben zich verschanst in een paar versterkte plaatsen en van daaruit plundertochten ondernemen om in leven te kunnen blijven. Er is nog een groep mensen. Een soort van nomaden (Jonkers genaamd),  die zich op de een of andere manier ook staande kunnen houden tussen de gigantische aantallen Hongers, zoals de Zombies hier heten, ze maken ook gebruik van hen als de militaire basis overvallen waar wanhopig medische experimenten gedaan worden om een kuur voor de plaag te vinden. Daarin gaan ze heel erg ver.

Hotel Echo, zoals de militaire basis heet, ligt vijftig kilometer noordelijk van Londen en nog eens zeventig kilometer zuidelijker Beacon, een van de laatste woonplaatsen van de ‘normale’ mensen. Daar worden Honger kinderen met hersenen, een tussenvorm die zo nu en dan aangetroffen wordt, opgevoed en opgeleid. Dagelijks worden ze geketend en op rolstoelen in klaslokalen getransporteerd, waar ze onderwezen worden. Geuren worden uitgeschakeld door chemische stoffen waar de kinderen in douchen en waar de onderwijzers en militairen zich mee insmeren, zodat de instincten van de kinderen niet geactiveerd worden, waardoor ze opok niet als Hongers reageren. Er worden ook experimenten gedaan. Meerdere malen verdwijnen Honger kinderen om nooit meer terug te keren in de klas.

Melanie is een van de kinderen. Ze is een van de intelligentste onder de Honger kinderen en ze idolaat van een van haar onderwijzers: juf Justineau. Ze zou haar nooit kunnen bijten, maar soms moet ze zich ten volle inspannen om het ook daadwerkelijk niet te doen.

Als Melanie aan de beurt is om het loodje te leggen uit naam van de wetenschap, wordt Hotel Echo aangevallen door de Jonkers. Melanie weet samen met juf Justineau, Dr. Caldwell, Sergant Parks en soldaat Gallagher te ontsnappen en zo begint een tocht vol gevaren naar Beacon. Ieder heeft zijn eigen agenda en iedereen heeft zijn eigen beweegredenen de tocht tot een goed einde te willen brengen. Melanie heeft een grotere rol in het geheel als de hoofdpersonen denken.

Ik heb me prima mee vermaakt. Zo wordt je toch regelmatig verrast met SF, of Horror zo u wilt, uit de meest onverwachte hoek. Het is ‘The Walking Dead’ met een originele twist en meer dan aan te raden. Heerlijk boek.

https://www.youtube.com/watch?v=HjGkB_oWTe0