Ganymedes-21

Ganymedes-21.jpg

Ganymedes-21
Stichting Fantastische Vertellingen, Nieuw-Vennep (2021)
Rare Boekjes-reeks 58
378 pagina’s; prijs 9,95
Samenstelling: Remco Meisner & Paul van Leeuwenkamp
Omslag: Ingrid Heit/Vincent van der Linden (Emigration of a Tortoise)
Verkrijgbaar op: https://shop.pr1ma.nl/ganymedes-21.html

Tot de fijnste jaarlijks terugkerende activiteiten in de boekenwereld, horen (wat mij betreft) natuurlijk het verschijnen van een viertal verhalenbundels. In willekeurige volgorde noem ik dan Edge Zero, wat een keuze is van de beste fantastische verhalen van het afgelopen jaar, de bundel met de beste verhalen van de Godijn verhalenwedstrijd, alsmede Verhalen Vertellers van Uitgeverij MACC. De laatste is geen wedstrijd, maar gewoon een mooie anthologie. Maar het fijnst van de vier moet ik bekennen, vind ik wel de jaarlijkse Ganymedes bundel. Volgens eigen zeggen: Een evenwichtige staalkaart van de Nederlandse fantastische literatuur. Een aantal definities van staalkaart zijn onder andere: Aantal monsters, Bonte verzameling, Bonte mengeling of Veelzijdige verzameling. Moet ik nog meer zeggen?

Dit is alweer de 21ste editie van Ganymedes. Begonnen in 1976 als Bruna SF-Jaarboek en verzameld door Vincent van der Linden, die daarna nog negen delen samenstelde voor Bruna en daarna nog een, welke bij Diram (België) verscheen. Daarna was de beurt aan Stichting Fantastische Vertellingen die het stokje overnam en het nu toch alweer tien jaar stevig in de knuisten houdt. Ze zijn zeker en vast niet van plan het ook maar een moment uit handen te geven. Sterker nog! Volgend jaar bij het verschijnen van Ganymedes-22, gaat men er een goed feest van te maken. Dan is de Ganymedes stand Vincent van der Linden/Remco Meisner & Paul van Leeuwenkamp: 11-11 en dan begint de hegemonie van Remco en Paul in deze, want ik, en jij natuurlijk met mij, mag er vrijwel zeker van zijn dat beide heren de toorts frank en vrij verder dragen tot het einde der tijden. Overigens is deze gelijke stand niet geheel en al terecht. Als je het aantal pagina´s van alle Ganymedi (Ganymedessen?) opgeteld bekijkt, dan is de stand Vincent van der Linden/Remco Meisner & Paul van Leeuwenkamp nu al: 2911-3281 en dan hebben we Ganymedes-22 er nog niet eens bijgeteld. Maar goed, hoe dan ook… de gelijke stand in bundels gaat groots gevierd worden tijdens Fantasticon-III, dat op zaterdag 17 september 2022 tussen 10:00 en 17:00 uur gehouden wordt. Ook op diezelfde zaterdag, wordt niet alleen Ganymedes-22 ten doop gehouden worden, zijn vele andere activiteiten gepland, maar onder andere zal ook de een nieuwe Bemoste Beeld-prijs worden uitgereikt. Veel voormalige winnaars van de prijs, zullen daarbij aanwezig zijn. Ga dat zien, GA DAT ZIEN!!!
Nog even dit… mocht je dan ook nog interesse hebben in een impressie van de Terdoopbestelling van Ganymedes-21 die op zaterdag 28 augustus 2021 plaatsvond? Kijk dan even hiernaar: https://www.youtube.com/watch?v=0AJgpThXsEg

Welaan… laten we dan nu maar snel over gaan naar het bespreken van de verhalen in deze meesterlijke anthologie, want anders wordt deze recensie een boekwerk (lees: tijdschrift) an sich. Ik wil graag over elke opname wel wat zeggen, maar ik denk niet dat ik me ga wagen aan te oordelen over de opgenomen gedichten. Ik heb er helaas weinig mee en dus geen verstand van en laat wijze woorden erover graag aan een ander over.

Na de voorgeleiding door beide samenstellers, openen we en vervolgen met:

Jorrit de Klerk – De nieuwe. (RFA) Ieder terug op zijn eigen plek. Leuk verhaal over waarden en tradities.
Guido Eekhaut – Afglijden naar Omega (FA) Ook wel met een religieus tintje, maar toch vooral een verhaal van ontmoeting, samenzijn en einddoel. Van zonde en uiteindelijk zoeken. Een verhaal van vervolmaking. Prachtig!!!
Oxana Langbeen – Commissaris Omer en het lijk zonder hoofd (SF) Een detective die niet echt een detective is. Waarin een moord opgelost moet worden, dat achteraf geen moord is. Maar wel heel erg leuk!
Paul van Leeuwenkamp (Voormalig Bemoste Beeld-prijswinnaar) – Gesynchroniseerde bezieling (SF) Waarin Thomas Olde Heuvelt… (nee, lees dat zelf maar), waarin jong en oud een geheel nieuwe betekenis krijgen en waarin een geheel nieuw systeem geïntroduceerd werd, zonder oog voor de consequentie. Fascinerend goed!
Jan J.B. Kuipers – De man die Eekhoornstad nooit zag (FA) Een stortvloed met van magie doordrenkte woorden overspoelt ons, bedelft ons en omvat ons. “Waar is de Wanneer”, kreit een roepende tegen de stroom in. Hadden we maar… . Een werkelijk onwerkelijk verhaal, dat ons de nachtrust kost. Hoe dit ooit te duiden, snikkend.
Joke Adam – Broed (FA) Een drakenverhaal over bestaan en voortbestaan, over vrouwelijk en mannelijk, maar vooral over nakomelingen die niet aan de norm voldoen. Wat gaan we daar mee doen?
Mike Jansen (Bemoste Beeld-prijswinnaar) – De imperfecte oplossing (SF) De oplossing voor een van de grootste problemen van deze tijd. Actueel dus. Een ernstige aanklacht tegen geknutsel en snel geld. Een cursus ‘Hoe help ik de aarde naar de gallemiezen’ in slechts één les! Eng!!!
Jan Roosen – De prijs van schaduw (SF) Een verhaal waarin je schaduw belangrijker is dan jij wordt. De zon is de dader. Het begint vrij logisch, maar wordt dan absurdistisch, maar dan ook goed absurdistisch. De oplossing ligt in het verleden. Vreemd, maar wel leuk.
Max Moragie (Voormalig Bemoste Beeld-prijswinnaar) – Sterven nieuwe stijl (SF) Verschuivende landschappen in verschillende vervoersmiddelen. Geheugenverlies en nieuwe, maar toch bekende ontmoetingen. Fascinerend verhaal van toekomst en verleden. Welke keuzes moet je maken als je ineens tijd te over hebt?
Isabelle Plomteux – Amenophis Steketee (FA) Interessant! Ook steeds weer nieuwe debutanten (althans voor mij) aan te treffen in vrijwel elke Ganymedes. Waar komen zij toch vandaan met hun hoogstaande schrijfsels. Plop… en zij zijn er om nooit meer weg te gaan.
Reinder Veelinx – Acteur gezocht m/v (SF) Praten met een dode, een nieuwe trend in de uitvaartbranche. Wat zeg je als potentiële dode tegen rouwende mensen? Huiveringwekkend hilarisch kortverhaal.

Break met gedichten van Jan J.B. Kuipers (Ik had mijn oude Batmanpak aangetrokken), Annette Akkerman (Een ei op het strand) en (Het zwarte gat), Pascal de Hoop (Kloppend hart) en (Laatste mens op deze planeet), Bart de Wolf (Het gele drankje) en (De tandenfee) en (Wij horen samen).

Marcel Ozymantra – De Aureliaanse banden (SF) Buitenaardse bezetting. Alsof je gered wordt. Get a life!!!
Tais Teng (Gedeeld voormalig Bemoste Beeld-prijswinnaar (samen met Paul Harland) – Zonnezeilen in de avondhemel (SF) Tais Teng is onze onbetwiste ideeënmeester, die ook internationaal een zeer goed figuur slaat. Als zichzelf schrijvens, als Jack Vance, Clark Ashton Smith en weet ik wie verder allemaal. ‘Zonnezeilen in de avondhemel’, heeft zijn oorsprong waarschijnlijk in de Ziltpunk. Verhaal over een meisje dat Zonnezeiler wil worden en een AI die een upgrade wil. Heel mooi!
Reinold Widemann – Een blauwe engel op het kerkhof (SP) Humor en spookverhaal gaat uitstekend samen. Het is evenwel niet gierend lachen, maar meer besmuikt grinniken om de ontstane situatie, namelijk een oude locomotief, een blauwe engel, die ’s middags out of the blue op de begraafplaats van Winterswijk terecht is gekomen. Hoe moet ie weer weg? Lezen en lachen!
Johan Klein Haneveld – Onder de zee (HO) Hoe iets kleins zo groot kan zijn. Beklemmend en claustrofobisch onderwater verhaal, dat ook boven water zijn weerslag heeft. Ooit is het voor eenieder meer dan genoeg!!!
Ruben van Luijk – De fuchsia’s (HO) Weer een horrorverhaal, maar dan een van een geheel andere orde. Vervreemdend, maar ook weer niet en hoe het allemaal komt? Nog maar eens diep over nadenken. We kennen al twee eerdere verhalen van hem, dus geen debuut.
Charles van Wettum – Datazee (SF) Alweer een zeer verrassend verhaal van deze bijna-debutant. Eén eerder publicatie verscheen in FV 50. Een wel zeer huiveringwekkend toekomstbeeld, maar wat weet ik er nu helemaal van?
Remco Meisner (Voormalig Bemoste Beeld-prijswinnaar) – De môggeloze (SF) Geen dystopie, maar een tragedie, of een allegorie. Nou ik weethetnie, maar wel een heel erg enge en vervreemdende visie over een toekomst die wel zou kunnen zijn, maar heel erg niet gewenst is. Dat zeg ik dan. Schiet je hier niets mee op? Lezen dan en zelf een gedegen oordeel vellen. Succes!
Steven Standaert – Milde hand. Verhaal over koffie. Slechte koffie. Analyse brengt een vreemde uitkomst. Geen Fantastiek wat mij betreft, maar misschien begrijp ik het wel niet. Dat kan.
Rob Geukes – Upload (SF) Fascinered… veel meer hoeft er niet over gezegd te worden. Toch wel? Ok! Ontzettend fascinerend!!!

Alweer geen slechte verhalen te melden. Hooguit is er het feit, dat je de een wat leuker vindt dan een andere. Mijn hooggespannen verwachtingen voor Ganymedes-21, zijn weer ruimschoots uitgekomen. Moe maar tevreden sla ik het boek dicht. Jammer dat het uit is, de verhalen gelezen zijn, maar gelukkig is er volgend jaar weer een nieuwe, waar ik dan nu alweer hooggespannen verwachtingen voor heb en vrijwel zeker een nieuwe recensie over mag schrijven. Ik ben een bofbips. Echt waar!

En op de valreep kwam zojuist nog een mogelijkheid binnen om de uitreiking van de Bemoste Beeld-prijs 2021 mee te maken. Kijk hiervoor op: https://www.youtube.com/watch?v=yNJxj3diS8M

Jos Lexmond

De ontsnapping uit Aurora– Jamie Littler

IJshart-2.jpg

De ontsnapping uit Aurora– Jamie Littler (JFA)
IJshart, deel 2
Uitgeverij Luitingh-Sijthoff B.V., Amsterdam (2021)
471 pagina’s; prijs 18,99
Oorspr.: Frostheart – Escape from Aurora (Penguin Random House UK, Londen – 2020)
Vertaling: Carolien Metaal
Omslag: Penguin Random House/Suzanne Bakkum

Bij het verschijnen van het eerste deel en dat gelezen hebbende, schreef ik in mijn recensie: ‘Alweer een verrukkelijk avontuur waarvan ik in mijn eigen jeugd meer dan genoten zou hebben’. Welaan… als ik het heel erg gemakkelijk zou willen doen, dan schreef ik dat gewoon nog een keer. Sterker nog… ik zou gewoon grote delen uit die recensie nog eens kunnen kopiëren, want ik denk er nog steeds zo over. Zeker na het lezen van ‘De ontsnapping van Aurora’, waarin het verhaal, dat begon in ‘IJshart’, gewoon verder gaat. Je kunt gewoon merken dat de schrijver én illustrator, Jamie Littler, zich bijzonder thuis voelt in zijn wereld en meer dan van zijn karakters houdt. Het spat er aan alle kanten af en het zorgt er zeker voor dat die liefde overgebracht wordt op zijn lezers. Bij mij in ieder geval wel. Zeker Ash kan bij mij wel een potje breken inmiddels, maar ook alle andere ‘goede’ vrienden van hem, hebben mijn hart gestolen. Je blijft zo, al heb ik de kindertijd reeds lang achter me gelaten, nog wel heel erg gemakkelijk kind met de kinderen. Gelukkig is het allemaal nog niet voorbij en hebben we nog een deel van de trilogie tegoed. Als het goed is, is de Engelse uitgave: ‘Rise of the World Eater’ al in september verschenen en als ik het juist interpreteer (of het is natuurlijk wishful thinking), maak ik uit de beschrijving op, dat het wel eens niet bij een trilogie zou kunnen blijven.
Ah wel… we gaan het zien. In ieder geval, maar dat had je waarschijnlijk al lang door, kan ik ‘De ontsnapping van Aurora’ alvast van harte aanbevelen.

Zoals gezegd gaat het verhaal door waar het in het eerste deel ‘IJshart’ ophield. Ash is nog steeds op zoek naar zijn ouders. Samen met zijn vrienden, de dappere bemanning van de Baanbrekerslee IJshart, komt hij aan in Aurora.

De berg waar, in en op, Aurora, ligt was vroeger een megavulkaan en omdat er nog steeds hitte van beneden komt en water in vloeibare vorm voorkomt, is het een van de weinige plekken in de Sneeuwzee waar eten verbouwd kan worden en waar dus veel wezens wonen. De hele berg is hol en volgebouwd. Het is een immense vesting, een machtige gestapelde stad helemaal tot aan de duizelingwekkende hoge top van de slapende vulkaan, Schitterende gordijnen van licht vallen door grote openingen in de bergwand en verlichten grote groepen bewoners, die over imposante straten banjeren. Bruggen en aquaducten doorkruisen de uitgestrekte ruimte, kano’s en sleeën trekken over de grachten die zich een weg weven door de stad en die ook enorme waterraderen en andere vreemde houten mechanismen aan lijken te drijven.

Als je bovenstaande beschrijving van Aurora leest, kan dat zich, mijns inziens, absoluut meten met de meest fantastische werelden die in de Fantastiek aan ons voorgeschoteld zijn. Leuk, leuk, leuk!!! Mijn kinderhart is weer gevoed. Het verhaal van Ash en zijn kompanen is er een van een gevecht van het goede tegen het kwade, een zoektocht naar zijn ouders en is gevuld met heel veel vreemde wezens en schepselen, met de beste en slechtste bedoelingen, die in wezen niet veel anders zijn dan mensen. En… het einde is er een die je niet verwacht. Wat wil een mens nog meer. Dus… meer dan aan te bevelen voor je kinderen en waarom ook niet… stiekem natuurlijk ook voor jezelf!!!

Jos Lexmond

Het einde van de dood – Cixin Liu

Einde-vd-dood.jpg

Het einde van de dood – Cixin Liu (SF)
Het drielichamenprobleem 3 (en slot)
Uitgeverij Prometheus, Amsterdam (2021)
744 pagina’s, € 25,00
Oorspronkelijk: 死神永生 – (Chongqing Media & Publishing Co., Ltd. – Nan’an District Chongqing – 2010)
Vertaling: Joel Martinson (naar het Engels)/Eisso Post & Richard Heufkens (naar het Nederlands)
Omslag: Stephan Martiniere

U zult wel bemerkt hebben dat ik al anderhalve week geen recensies geplaatst heb. Dit is zeer lang voor mijn doen. Buiten een aantal oorzaken waar ik verder niet over zal uitweiden, was ik met drie boeken tegelijk aan het lezen. Een verhalenbundel, een klein boekje van Fantastische Vertellingen én ‘Het einde van de dood’, met als resultaat dat het met de laatgenoemde maar niet wilde lukken. Ik las steeds slechts tien tot twintig bladzijden per dag, met als resultaat dat het niet opschoot en dat, omdat ik er niet inkwam door de afleiding van de andere boeken, ik geregeld terug moest bladeren omdat niet weer wist waar het over ging. Ik begon de zin om het te lezen te verliezen, terwijl ik genoten had van de beide eerdere delen. Dus moest er iets gebeuren. Ik zette beide andere boeken even in de koelkast (waarvan dus binnenkort de recensies) en gaf me helemaal over aan ‘Het einde van de dood’. Ik kwam er weer helemaal in en het enthousiasme keerde terug. Normaal gesproken gaat het wel, dat meerdere boeken tegelijk lezen, maar hier dus niet.

Maar… alles kwam dus goed en hier dus mijn bevindingen over het derde deel van ‘Het drielichamenprobleem’ en daarmee de conclusie. En wat voor een conclusie! Ik kan me niet veel andere Tijd en Heelal omvattende verhalen voorstellen dan misschien de Foundation reeks van Isaac Asimov (in ieder geval nadat hij de robottenverhalen en de Foundation trilogie aan elkaar schreef) en misschien ook de Queng Ho reeks van Vernor Vinge. Waarschijnlijk zijn er ook nog andere die vertaald zijn, maar die schieten me op dit moment niet te binnen.

Ik ga niet al te veel over de inhoud van dit laatste deel vertellen. Ik vind vooral dat jullie die maar zelf moeten genieten zonder verdere inbreng van mij, maar het bevat wel heftige gebeurtenissen voor de mensheid, zoals (zonder er verder op in te gaan) de gedwongen herhuisvesting van de gehele aardse bevolking naar Australië, of van de massale vluchtpoging na eenieder na een paniekreactie op een vermeende aanval die een vernietigende inslag op de zon ten gevolge zou hebben. Koude rillingen leverde dat op. Telkenmale wist Liu me te verassen met nieuwe weidse ideeën en ongedachte ontwikkelingen. De strijd van de mensheid om zo’n beetje alles wat er op haar af kwam te overleven… uitsterven was geen optie! Een grote ideeënrijkdom werd hier geëtaleerd en geen mogelijkheid genegeerd of onbenut gelaten. U merkt dat ik enigszins lyrisch aan het worden ben, maar het verhaal leeft! Geen twijfel mogelijk!

Van de fictie van het verhaal uitgaand is het visionaire gehalte wel heel erg hoog. Het geheel is absoluut voorstelbaar, als moet je af en toe wel je eigen voorstellingsvermogen behoorlijk uitbreiden. Is er dan niets over te klagen? Natuurlijk wel. Om nog even op dat oprekken van je voorstellingsvermogen terug te komen… dat had ik toch wel bij de ineenstorting van het driedimensionale zonnestelsel, dat uiteindelijk tweedimensionaal werd. Daar had ik het wel even moeilijk mee. Voor mij bleef de vraag of zoiets überhaupt wel mogelijk zou kunnen zijn. Maar het concept werd prachtig uitgewerkt en wiskundig (?) verklaard en uiteindelijk heb ik het als zodanig wel geaccepteerd.

Dit deel won verschillende prijzen, waaronder de Locus Award voor beste sciencefictionroman in 2017. Het eerste deel ‘Het drielichamenprobleem’ won in 2015 de Hugo Award, de hoogste onderscheiding in het fantastieke gebeuren. De hele trilogie wordt voor Netflix verfilmd door David Benioff en D.B. Weiss, de makers van de hitserie ‘Game of Thrones’. Ik houd mijn hart vast, ik weet niet of dit soort verhalen wel te verfilmen of verserieën is. Het is in ieder geval wel veel lastiger te verfilmen dan de ‘Game of Thrones’. Maar… je weet het maar nooit. Toevallig zag ik gisteravond het eerste deel van de ‘Foundation’ en was ervan onder de indruk, maar… dat was wel alleen nog maar het eerste deel. We gaan het zien.

Hoe dan ook… het werk van Cixin Liu is SF, met HOOFDLETTERS en daar zien wel veel te weinig van in Nederland, dus Prometheus… wat mij betreft mogen jullie op de ingeslagen weg doorgaan en verras ons met nog meer van dit soort schitterende toekomstvisies in de toekomst. Ik zit er al helemaal klaar voor!!!

Jos Lexmond

Fantastische Vertellingen 59

FV59.jpg

Fantastische Vertellingen 59
Stichting Fantastische Vertellingen, Nieuw-Vennep (September 2021)
148 pagina’s; prijs € 7,95 (jaarabonnement (4 nummers + Tjonge) € 29,95)
Samenstelling: Remco Meisner
Omslag: Ingrid Heit/Fred Hemmes
Verkrijgbaar op: https://shop.pr1ma.nl/

Sinds 2013 verschijnt het tijdschrift Fantastische Vertellingen van de gelijknamige stichting, met de regelmaat van de klok, en dan mag je best wel zeggen dat de klok ook geregeld voor loopt, omdat het tijdschrift geregeld eerder op de mat ligt dan de voorspelde datum. Een voorwaar niet geringe prestatie voor iemand, die daarnaast ook nog zijn gewone baan heeft, alsmede de bevlogen uitgever is van de Rare Boekjes reeks, de Snuffelreeks en wat dies meer zij. Uiteraard is hij daarvoor eens (in 2017) verrast met zijn eigen Bemoste Beeld-prijs, maar uiteraard kan hij niet genoeg gehuldigd worden voor zijn nimmer aflatende activiteiten, waarbij de hoop uitgesproken wordt dat hij daar tot in veelvoud van jaren in goede gezondheid, mee door zal gaan. Het mag uiteraard niet onvermeld blijven dat Remco ondersteund wordt door trouwe en welhaast net zo fanatieke medewerkers en vrijwilligers, doch zonder Remco zou er geen Stichting Fantastische vertellingen zijn. Maar… we zijn er nog niet. Het is nu ook nog duidelijk dat de Fantasticon-III op zaterdag 17 september 2021 tussen 10:00 en 17:00 uur plaats gaat vinden in het buurtcentrum Linquenda, Oostmoor 52 in Nieuw Vennep. Vrijwel alle winnaars van de Bemoste Beeld-prijs zullen als eregasten aanwezig zijn. Er zal tijdens de con natuurlijk de Terdoopbestelling van Ganymedes-22 plaatsgrijpen, plus ook weer een verse Bemoste Beeld-prijsuitreiking. En er zijn verscheidene stichtingen, verenigingen, auteurs, kunstenaars en uitgevers die daar hun spullen komen tonen. En er zijn workshops en zogenoemde Koffieklets-bijeenkomsten (een 1:1 gesprek tussen een bezoeker en een eregast) voorzien. Vers van de pers… er is net een website gelanceerd en wel: https://www.fantasticon.nl. En al dit al doet hij er ook nog even, zonder blikken of blozen, bij. Ben je dan onvermoeibaar, of niet?

K’zou haast nog vergeten, na al deze lyriek, dat het doel van dit schrijven het recenseren van Fantastische Vertellingen 59 was. Laren we er maar snel mee beginnen. Wat pagina’s tellende en zo meer, mag je welhaast concluderen dat deze FV 59 een Guido Eekhaut special geworden is. En… dit ook al meer dan terecht. Guido Eekhaut is een nijvere Vlaamse bij, die al jaren behoorlijk aan de weg timmert. Hij schrijft ook niet alleen voor volwassen, maar is doende met een Young Adult SF (dat nogal wat Vanciaanse invloeden heeft) en heeft onlangs (via zijn alter ego Nellie Mandel) een boekcontract bij Hamley Books getekend voor een (of meer?) jeugdboeken. Maar goed wel dwalen weer af. Later meer over Guido Eekhaut.

Het Meyvistisch Meldodrama, waar deze FV 59 mee opent, is voorwaar een verhaal an sich. Zal ik het opnemen in Fandata, of toch maar niet? Meteen al een dilemma.

Alvin Reniers – De respondent
Alvin Reniers publiceerde in de jaren ’90 regelmatig verhalen, maar de laatste vijftien jaar niets meer van het gezien. Hij komt nu terug met een sterke en circulaire horror!

Onder de indruk (Recensies)
Paul van Leeuwenkamp recenseert ‘De Heren XVII’ van Roderick Leeuwenhart. Bij vergelijkt (net als ik) Milan Zhou met Ender. Prima recensie. Daarna komt er, onderbroken door enkele andere recensies, een zestien pagina’s lange recensie door Paul van Leeuwenkamp, waarin hij meerdere verhalen van Guido Eekhaut onder de loep neemt. Voorwaar geen geringe prestatie, van beiden niet. Men mag toch wel constateren dat het pensionado worden van Paul van Leeuwenkamp hier wel debet aan zal zijn. Maar toch! Een in het zonnetje zetten van Guido Eekhaut. Verdiend en zonder weerga. Dan de recensie van FV 58 van ondergetekende. Ik laat het oordeel aan U. De recensie van ‘Reclame en de kunst van het hacken’, het eerste deel van ‘De Superrealiteit’ van Antoni Dol, wordt hier verzorgd door Johan Klein Haneveld en is mi gedegen materiaal, zoals je uiteraard van Johan mag verwachten.

Frank Roger – Stormvloed
Naar mijn idee een van de langste verhalen die Frank ooit schreef. Normaal gesproken is hij de meester van het korte werk. Maar lang of kort… ‘Stormvloed’ is weer origineel en kan zo maar toegevoegd worden als Ziltpunk verhaal. Met een drijvend Amsterdam, maar dan in de lucht.

Het Weivretni door Max Moragie met Guido Eekhaut. Acht pagina’s waarin de schrijver een inkijkje in zijn leven, interesses en meningen geeft. Gelardeerd met een aantal boekomslagen. Interessant!

Gerold H. Kort – Je leeft maar twee keer
FV komt soms verrassend uit de hoek. Hier een debuterend verhaal van de Surinaamse Nederlander Gerold H. Kort, wat directe banden met het Volksverhaal heeft. In dit geval, het Surinaamse Volksverhaal natuurlijk. Sterk met veel (bij)geloof in bovennatuurlijke krachten toegeschreven aan natuurgoden, maar dan die van de irritante, enge en vasthoudende soort. Oma’s brengen als immer uitkomst.

Emanuel Claessens – Ontbijt in het Panopticum
Diep, heel diep heb ik er over nagedacht en kwam tot de conclusie dat ik het een Absurdistische Dystopie wilde noemen. Te gek vervreemdend wat er allemaal tijdens een storm kan gebeuren. O ja, en ook daarna natuurlijk. Mooi dat Kelloggs zijn verantwoordelijkheid heeft genomen.

Oxana Langbeen – Oxana’s Oxymoron
Een soortement van Lieve Lita met een vraag van ene zekere Elon (uiteraard: Musk) dat zijn intelligente huis het hem moeilijk maakt. Oxana geeft goede tips. Als Elon zich daaraan houdt, zal er met zijn intelligente huis wel te huizen zijn!

Guido Eekhaut – Een toepasselijke apocalyps
Een toepasselijk einde aan deze Eekhaut Special. Zijn verhaal begint als een klimaat fictie, het herontdekte SF Sub-genre. Maar al gauw wordt het meer en erger. Een drama dat je bij de keel grijpt en je dan onmiskenbaar naar het onvermijdelijke voert. Huiveringwekkend!

Peter Erhardt – De papierbak
Een strip van twee pagina’s met monster glasafval- en papierbakken. Leuk gedaan!

Robert Smets – Een filosofische analyse
Roberts Smets mag intussen wel de nestor van de Fantastiek genoemd worden. Hij publiceert nog onregelmatig in FV en in 2018 verscheen nog zijn bundel ‘Apocriefe verhalen’. In deze FV een briljant verhaal over Sigmund Freud, vertelt door de neef van een leerling van hem. Of het nu fantastiek is… dat denk ik te kunnen betwijfelen, maar leuk is het wel.

Paul van Leeuwenkamp – De coronisten van Catan bij de overburen
Duidelijk een Vuijeton! aan het worden. Mag ik het leuk noemen, terwijl het eigenlijk maar een triest verhaal is? Dit deel van het Vuijenton kan ik geen fantastiek noemen, of toch wel? In de vorige uitgave wel fantastiek en dit deel speelt zich in hetzelfde universum af. Zie daar maar eens uit te komen. Alweer een slapeloze nacht!

Verlucht met illustraties ditmaal van: Gert-Jan van den Bemd, Peter Edhardt, Ingrid Heit, Fred Hemmes, Bauke Muntz en Marcel Ozymantra.

Nog een paar pagina’s ‘Over de Gepubliceerden, waarbij de foto van Remco Meisner hilarisch is. Ik moet toegeven dat het een oude foto van hem is, maar ik zie weinig tot geen gelijkenis! Tot Fantastische Vertellingen 60!!! Ik kijk er alweer naar uit!

Jos Lexmond

Jaap Boekestein – De Dodenleefster

Dodenleefster.jpg

Jaap Boekestein – De Dodenleefster (HO)
Uitgeverij Macc, Rijen (2021) Vampieren & Demonen
224 pagina’s; prijs 18,95
Omslag: Maarten de Bruin

Eerst even beginnen met een vraagje. Heeft iemand op de Maccazine facebook pagina van Uitgeverij Macc de collage (compilatie) van alle omslagen van de boeken die deze uitgeverij tot nu toe uitgegeven heeft (althans dat denk ik) al gezien? Nee? Kijk dan even hier: https://www.facebook.com/photo.php?fbid=4497109357000282&set=p.4497109357000282&type=3 . Indrukwekkend nietwaar? Als ik wel geteld heb, dan kom ik tot zestig uitgaven. Dan kan je toch niet zeggen dat Uitgeverij MACC tot de kleine uitgeverijen behoord. Er is ook nog een wedstrijdje aan verbonden. Als je kunt zeggen hoeveel omslagen door Tais Teng gemaakt zijn, dan kan je een gesigneerde eerste druk van de schrijver winnen. Dat moet niet zo heel erg moeilijk zijn. Zijn omslagen herken je tussen duizenden, laat staan zestig. Meedoen allemaal dus!!! Antwoorden ovv Prijsvraag Tais Teng naar info@uitgeverijmacc.nl.

Dit gezegd hebbende gaan we snel over naar de orde van de dag en wel naar ‘De Dodenleefster’ van Jaap Boekestein. De solo boeken van Jaap zijn, als je het Vlaamse Filmpje en de Splinter van Quasis meetelt, nog op twee handen te tellen. Om zijn verhalen tellen, heb je wel wat meer handjes nodig, namelijk bijna achtendertig (voor zover ik het weet). Dit dan wel de verhalen die hij alleen, dan wel samen met anderen in het Nederlands schreef. Ook al behoorlijk indrukwekkend en als ik (en FANDATA) het wel hebben, verschenen zijn verhalen al in 1989 in druk. Hij timmert dus al een behoorlijk tijd aan de weg en tegenwoordig weet hij ook in het Engelstalige taalgebied zijn weg te vinden. Buiten dat, maakt hij ook nog eens verdienstelijke en meer dan fraaie foto’s. Een man die alles kan!

‘De Dodenleefster’, is een gothic roman die zich afspeelt in het spookachtige, 19e-eeuwse New Orleans. Die stad staat natuurlijk bekend om zijn spoken en vampiers. Er zijn speciale nachtelijke tochten door New Orleans waarin je de spookhuizen en vampierverblijven kunt bezoeken en bezichtigen. Het Lafayette Cemetery staat bekend als één van de meest spookachtige in de Verenigde Staten. Anne Rice heeft de begraafplaats gebruikt als decor voor verschillende van haar romans, zoals bijvoorbeeld: ‘Interview with the Vampire’. Het is dus niet zo’n vreemde plek om een dergelijk horror verhaal zich af te laten spelen.

Nathalie Owen wordt geboren in de bliksem. Ze komt tot leven in een graftombe (misschien zelfs wel op het Lafayette Cemetery) in een sarcofaag, omringd door stapels doodkisten in nissen. Ze was Nathalie Owen in haar geest, maar het lichaam dat ze nu bewoonde, was niet het hare, maar André Fantone, haar vroegere minnaar, dacht van wel. Hij bevrijdt haar uit de tombe, neemt haar mee naar huis en samen beleven ze een nacht als geliefden die ze eens, en onverwacht weer waren.

De volgende morgen, André sliep nog, veranderd Nathalie in een lijk, erger dan een lijk. Haar huid smerig en verdorven. Klauwachtige handen een grijnzende schedel bedekt met rottend vlees, geen neus, geen oren en geen lippen. Nathalie is een Dodenleefster geworden. Ze heeft het vermogen om voor één nacht de gedaante en het lichaam van iedere gestorven vrouw aan te nemen. Een nacht om onafgemaakte zaken af te sluiten. Haar André Fantone, de albino dandy, die levend als hij is, al een verdorven bestaan leidt, werpt zich op als haar beschermer en brengt haar gave te gelde.

Een héél ander verhaal dan dat we van Jaap Boekestein gewend zijn. Echt heel wat anders dan bijvoorbeeld de ziltpunk verhalen, die hij samen met Tais Teng schrijft, maar daarom zeker niet minder boeiend. Het heeft een broeierige sfeer. Sensueel en erotische getint natuurlijk, maar ook soms heel erg eng, smerig en op zekere momenten behoorlijk onsmakelijk. Zoals ik al zei: boeiend, en… het smaakt naar meer. Dus Jaap… wat let je? Ik zit er klaar voor!!!

Jos Lexmond

Johan Klein Haneveld – De mens een sprinkhaan

De-mens-een-sprinkhaan.jpg

Johan Klein Haneveld – *De mens een sprinkhaan (SF)
Stichting Fantastische Vertellingen, Nieuw-Vennep (2021)
Rare Boekjes-reeks 56
57 pagina’s; prijs € 3,95
Omslag: Ingrid Heit/Gert-Jan van den Bemd
Verkrijgbaar op: https://shop.pr1ma.nl/

Eerlijk gezegd ben ik niet vanaf het begin af aan aangetrokken door de Stichting Fantastische Vertellingen, maar wel door de Rare Boekjes reeks. Ik kocht ‘De val van Nieuw Versailles’ van Paul Harland, het eerste nummer in de ‘Rare Boekjes’ reeks in 1983 op de een of andere Con en ook van meer boekjes in de reeks weet ik zeker dat ik ze aangeschaft heb, maar welke… dat weet ik niet precies meer en de meeste zitten (helaas) nog ergens in een doos. Maar ook een hele tijd heb ik de Rare Boekjes niet meer aangeschaft. Ondanks de kleine prijzen, was gebrek aan geld wel een van de belangrijkste redenen, maar ook de beschikbaarheid van SF in de reguliere reeksen in die tijd, was een duidelijke reden. Ook was ik in die tijd duidelijk meer geïnteresseerd in de buitenlandse vertaalde SF. Ik volgde wel wat er uitkwam in Nederland, maar alweer eerlijk gezegd, kwamen er bij de Rare Boekjes reeks veel titels van schrijvers, waarvan een aantal mijns inziens niet tot de fantastiek behoorden. Als ik in FANDATA kijk hebben wij momenteel vierendertig Rare Boekjes opgenomen, waarvan er nog een paar herdrukken zijn. Zonder die herdrukken hebben we dus een dertigtal opgenomen. Het zestigste Rare Boekje kondigt zich al aan en Ik heb zo het vermoeden dat wij het een en ander nog gemist hebben in de reeks. Iets om te onderzoeken en goed te maken de komende jaren. Ware het niet dat er zooooooooo ontzettend veel te onderzoeken en goed te maken was, dan was het allang gebeurd!

Met ‘De mens een sprinkhaan’ van Johan Klein Haneveld is het zesenvijftigste Rare Boekje een feit. Een mini Raar Boekje deze keer met een tweetal verhalen erin opgenomen. Johan Klein Haneveld heeft me al een aantal keren verrast met zijn verhalen, maar slaagt er in dit toch alweer te doen met ‘De mens een sprinkhaan’. Johan weet als geen ander werelden die totaal onbegrijpelijk zijn, neer te zetten als volkomen normaal en alledaags. Hij doet dit in het geval van de verhalen in ‘De mens een sprinkhaan’ door de mens in een SF setting in een insecten omgeving te plaatsen die aldaar een menselijke inbreng te hebben. In ‘De soldaat die koningin werd’ wordt Thomas, een mens, die omgevormd wordt tot een mier. Tijdens die omvorming is blijkbaar een defect opgetreden, maar daar de fysieke parameters lijken te voldoen en Thomas wordt goedgekeurd, al weet hij zelf niet waarom en met welk doel hij daar is. Ook waarom hij als enige zijn naam weet en wat hem betreft, hij geen nummer is. In het dystopische verhaal ‘De sprinkhanen’ strijd de mensheid tegen de sprinkhanen en lijkt de strijd te verliezen. De mensen kunnen zich slechts in een pantser gehuld, buiten de bunkers komen om te patrouilleren. Is een droom van het paradijs, ook werkelijk de weg naar het paradijs?

Prachtige verhalen, met stemmige illustraties van Gert-Jan van de Bemd, waardoor ik alleen maar kan zeggen: blijf ons verrassen, Johan, met je verhalen en Remco… blijft ons verrassen met je uitgaven. Ik volg ze nu zeker wel!!!

Jos Lexmond

Tjonge-17. Sjezus!

tjonge-17-ondoelmatig-nauwelijks-periodiek.gif

Tjonge-17. Sjezus!
Stichting Fantastische Vertellingen, Nieuw-Vennep
59 pagina’s; prijs € 0,25 (Gratis bij een jaarabonnement van Fantastische Vertellingen)
Samenstelling: Remco Meisner
Omslagillustratie: Gerd-Jan van der Bemd
Illustraties: Oxana Langbeen
Verkrijgbaar op: http://shop.pr1ma.nl/

Het kleinste tijdschrift van Nederland, maar zeker niet het dunste. Twintig pagina’s maar liefst meer dan Tjonge-16. Het kan niet op én… hoe kan dat voor die prijs?

Altijd als Fantastische Vertellingen op de mat valt, kijk ik meteen of er het nieuwe nummer van Tjonge bij zit en als dat niet zo is, dan ben ik toch een beetje teleurgesteld. Als ie er wel bij zit, dan spring ik erop als een bok op een haverkist. A: omdat ik bang ben dat het ergens onder komt of achter valt, want dan kan je het mooi niet meer terugvinden. B: omdat ik het leuk vind. Ik moet trouwens wel uitkijken met de recensie dat ik qua woorden het aantal woorden in Tjonge-17 niet overschrijd. Het zou een beetje pedant zijn ten opzichte van Tjonge, nietwaar.

Dus… de recensie zelf dan maar. Het voorwoord van Remco Meisner zelve, heeft de titel: ‘U bent gewaarschuwd!’ meegekregen. Dan denk ik meteen: Waarom in Sjezus naam? De enige manier om erachter te komen is het dan maar meteen te lezen, wat ik dan ook maar deed. En dan blijkt de titel ineens een waar woord te zijn en het voorwoord ook ineens een hyper actueel gehalte te bezitten, waar geen speld tussen te krijgen is. Verbluft zak ik achterover in mijn stoel, met het risico Tjonge-17 los te laten en het daarna nooit meer terug te vinden, maar ik moet even de adem hervinden en de emoties tot bedaren te laten komen, voordat ik verder kan gaan.

Een wijle later, nog enigszins natrillend, kan ik me dan met het verhaal van Roos van der Velden bezig gaan houden. Roos debuteerde in Fantastische Vertellingen 58 en mag dan nu in Tjonge schitteren. ‘Ik had het je nog zo gezegd’ is een kalm gruwelverhaal, dat subtiel in je kruipt en daar gaat zitten etteren. Zelf krijg ik de kriebels van dit soort verhalen. Ze doen me omkijken!

Welaan… Tjonge zit er weer op. Het is lijdzaam afwachten op de volgende. Kort of lang… het is altijd te lang! Nog even checken of ik in mijn recensie niet meer woorden gebruikte, dan er totaal in Tjonge staan… …. …. nee! Nou dan kan ie wel geplaatst worden.

Jos Lexmond

De verdwenen kolonie – A.G. Riddle

Verdwenen-kolonie.jpg

De verdwenen kolonie – A.G. Riddle (SF)
Lange Winter-trilogie, deel 3 (en slot)
Iceberg Books, Amsterdam (2021)
Oorspr.: The Lost Colony (Legion Books, Raleigh, North Carolina (2019))
366 pagina’s, € 22,99
Vertaling: Erik Schreuder en Sonja Renaud
Omslag: Head of Zeus, Londen/Michael van Zijl

De conclusie van ‘De Lange Winter-trilogie’ en wat voor een. Het is altijd jammer als je de laatste pagina van het boek, waar je helemaal in hebt gezeten, gelezen hebt en dichtslaat. Je zou, althans dat heb ik dan, er nooit meer uitwillen. De wereld is interessant en je hebt het idee dat er meer, veel meer, verhalen in en over te vertellen zijn. Maar goed… er zijn andere verhalen te lezen, dus heel erg lang duren die gedachten nooit. Er liggen nieuwe boeken, nieuwe verhalen, met nieuw te ontdekken werelden klaar, om genoten en verslonden te worden. En… we kunnen altijd nog eens terugkeren in het verhaal van de ‘Lange Winter’. Die luxe hebben we altijd, alleen… zal het er voor mij nog ooit van komen? De stapel ‘Te Herlezen’ groeit met de dag, maar de ‘Te Lezen’ groeit net zo gestaag en er komt te veel interessant nieuws om hier lang bij stil te staan. Afgelopen week viel van Iceberg Books niet alleen al het tweede (en laatste) deel van de Young Adult serie van Brandon Sanderson: ‘Skyward’: ‘Sterrenzicht’ geheten, op de mat, maar daar ook nog boven op ‘Stelsel onbekend’ van Jasper T. Scott. De laatste is nog een onvertaalde schrijver in ons land, maar dat mag de pret niet drukken. Uiteraard sta ik altijd open voor nieuwe auteurs. Binnen niet al te lange tijd leest u ook de recensie van deze twee boeken op de site van het NCSF.

‘De verdwenen kolonie’, een mens zou haast vergeten dat het er hier en nu over zou gaan, maar men wordt gemakkelijk enthousiast. Een zijpaadje is snel ingeslagen. Maar goed… ik ga trouwens toch niet al te veel vertellen over de inhoud van dit laatste deel, die moet u zelf maar ontdekken. Het gaat in ieder geval over de bemanning van het andere schip, de Carthago, dat veel eerder bij Eos aankwam. Zij hadden als een nederzetting gebouwd, maar toen de bemanning van de Jericho op onderzoek uit gingen vonden ze de nederzetting verlaten. Haar inwoners waren als van de Eos bodem verdwenen. ‘De verdwenen kolonie’ verhaalt van de zoektocht naar de verdwenen mensen en de problemen waar ze mee te maken krijgen tijdens die zoektocht. Daarnaast is er ook altijd nog het raadsel en de geheimen van het Raster die nog opgelost moeten worden. Het is zeker meer dan voldoende om je in spanning te houden, dat kan ik je wel verzekeren.

Helemaal als je, net zoals ik, een cruciaal zinnetje heb gemist in de tekst. Geen idee wat er gebeurde. Tot dan, net zoals in de andere twee delen, werden de hoofdstukken afwisselend door Emma en dan weer door James verteld. Ergens halverwege het boek, werden een groot aantal hoofdstukken alleen door James verteld. Dat viel me wel op, maar doorlezend raakte ik steeds meer in verwarring. Waar gaat dit over, begon ik me wanhopig af te vragen. Ik kreeg hetzelfde gevoel als toen ik nog boeken in het Engels las en bij meer ingewikkelde zaken ineens de draad kwijt was. De lol was er dan snel van af. Maar bij de boeken van Riddle had ik tot nu toe lekker door kunnen lezen. Maar hoe verder ik kwam, hoe minder ik ervan snapte. Er zat niets anders op dan terug te gaan naar het punt waar ik geen problemen had gehad. Ik had het snel gevonden. Het zinnetje: ‘Dan dringt het tot me door: dit zijn niet mijn herinneringen.’, deed het. Of liever: deed het niet! Hoe ik het heb kunnen missen weet ik niet. Misschien was het de laatste zin die ik las voordat ik naar bed toe ging, of ik heb er overheen gelezen, of het beklijfde niet, of wat dan ook. Het was frappant dat ik nou net dat belangrijke zinnetje mistte. Maar goed… daar opnieuw begonnen en toen vielen alle puzzelstukjes op zijn plaats.

Hoe dan ook… prachtige trilogie van A.G. Riddle. Een dikke aanrader. Nog meer verhalen van Riddle? Nou, graag!!!

Jos Lexmond

De nieuwe wildernis – Diane Cook

Nieuwe-wildernis.jpg

De nieuwe wildernis – Diane Cook (SF)
Uitgeverij Nieuw Amsterdam, Amsterdam (2021)
361 pagina’s, € 22,99
Oorspr.: The New Wilderniss – (HarperCollins Books, New York – 2020)
Vertaling: Ineke Lenting
Omslag: Fritz Metsch/Studio Jan de Boer

Klimaatfictie… een nieuwe duiding voor iets wat al heel erg oud is. Oude wijn in nieuwe zakken dus. Je mag als het oudste klimaatfictieverhaal waarschijnlijk wel het verhaal van de zondvloed uit de bijbel noemen. De mens had daar direct geen bemoeienis mee, maar indirect natuurlijk zeer zeker wel. Ook in de Fantastiek hebben we daar wel een behoorlijk ervaring mee natuurlijk. Kim Stanley Robinson met zijn ‘Science in the Capital’ reeks, mag natuurlijk als zodanig beschouwd worden. En ook ‘New York 2140’ natuurlijk. ‘Lucifers Hammer’ van Larry Niven & Jerry Pournelle, toch ook, nietwaar? ‘De verdronken aarde’ van J.G. Ballard en nog een paar meer. Uiteraard niet te vergeten onze eigen Ziltpunk verhalen van Tais Teng en Jaap Boekestein (en soms ook Roderick Leeuwenhart). En dan mag natuurlijk het door Johan Klein Haneveld samengestelde ‘Voorbij de Horizon’ niet onvermeld blijven. 25 verhalen van Nederlandstalige auteurs, verschenen bij Uitgeverij Macc, welke allemaal als thema klimaatverandering hadden. Onlangs verscheen ‘KliFi’ van Adriaan van Dis, ook alweer met hetzelfde thema. Klimaatfictie… wen er maar aan. We gaan nog heel erg veel boeken en verhalen met dat thema zien.

Zelf heb ik daar heel erg weinig bezwaar tegen. Hoewel ik er wel bang voor ben, omdat we er middenin lijken te zitten, fascineert het me ook en lees het graag. Maar ik blijf het gewoon SF noemen. Klimaatfictie is er hooguit een sub genre van.

Diane Cook heeft met ‘De nieuwe wildernis’ een wereld geschapen dat zijdelings met het fenomeen klimaatfictie te maken heeft. Als je de vage verwijzingen naar de rest van de wereld weglaat, zou je ook kunnen zeggen dat je met een stenen tijdperk verhaal te maken hebt. De tijd is onbestemd, maar duidelijk wel in de toekomst. De stad waar de hoofdpersonen, Bea met haar dochter Agnes, vandaan komen, is duidelijk zwaar vervuild en de smog verwoesten Agnes haar longen, zodat Bea niets anders kan dan de stad te verlaten en die te verruilen voor de nieuwe wildernis. De nieuwe wildernis is een ongerept natuurgebied waar de mens zich nooit in heeft mogen bewegen. Bea en Agnes voegen zich bij achttien andere vrijwilligers voor een radicaal experiment. Ze moeten leren te overleven in de wildernis zonder zich te vestigen of sporen na te laten. Verder moeten Rangers ervoor zorgen dat de groep mensen in beweging blijft en van station naar station, die in de uithoeken van de nieuwe wildernis gevestigd zijn. Daar kan de groep haar afval kwijt en dan weer verder trekken. Telkens als de groep zich een tijdje vestigt bij bijvoorbeeld een waterplaats, duiken niet lang daarna de Rangers op en worden ze weer op pad gestuurd. Verder, immer weer verder, zoals de jagers/verzamelaars in vroeger tijden deden. Wat het experiment uiteindelijk zou moeten brengen, dat blijft een raadsel. Maar daar gaat het verhaal helemaal niet om. Het gaat meer om de interactie tussen moeder en dochter en daarnaast ook om de interactie in de groep onderling.

Hoewel veel de toekomstige wereld voor de lezer verborgen blijft (en wat ik wel wat irritant vind, omdat ik graag het grote plaatje ken), is het verhaal meer dan fascinerend. Het leven in het ‘stenen tijdperk’ is prachtig beschreven. Als ‘De nieuwe wildernis’ model kan staan voor de klimaatfictie die er nog aan staat te komen, dan teken ik er blind voor. Ziltpunk is prachtig, leuk en geweldig origineel, maar dit is zonder meer mooi!

Jos Lexmond

Avram Davidson – Rork!

Rork.jpg

Avram Davidson – Rork! – 194p.
Spatterlight, Amstelveen (2021) € 13,98
(Rork!, Berkley-Medallion, New York – 1965)
Vertaling: Pon Ruiter (herzien door: Pon Ruiter)
Omslagontwerp: Howard Kistler
Omslagillustratie: Menno van der Leden
(Verkrijgbaar via Amazon.de)

Nu de ‘Het verzameld Werk van Jack Vance’ reeks bij Spatterlight zijn vervolmaking begint te naderen (nog maar 5 delen te gaan), vroeg ik me al een tijdje af wat Spatterlight in het tijdperk na Vance zou gaan doen. Ik kon me niet echt voorstellen dat ze zichzelf op zouden heffen, dat zou ook wel heel erg zonde zijn. Ik was dus heel erg benieuwd, maar nu weet ik het. Nou ja… voorlopig dan. Allereerst gaan ze drie boeken van Avram Davidson in vertaling uitgeven. Het eerste, ‘Rork’, heb ik nu in handen. Er komt nog een die al eerder verschenen is. Dat zou dan ‘Het eiland onder de aarde’ of ‘Veldslag der Vrouwen’, beiden eerder verschenen bij Born (1970 en 1971), of ‘Wachters van het web’, eerder verschenen bij Meulenhoff (1967), kunnen zijn. Verder zijn er een vijftal verhalen van Avram Davidson in het Nederlands verschenen en dat was het dan. Uiteraard heeft Davidson nog veel meer geschreven, maar (misschien voorlopig) gaat Spatterlight er een onbekende van vertalen. Ik ben zeer benieuwd. Een tweede lijn is het starten van een nieuwe reeks (voorlopig helaas alleen in het Engels, maar misschien dat flink zeuren helpt!) en wel ‘Paladins of Vance’. Deze reeks gaat titels bevatten die zich in het Vance universum afspelen. Een deel is ‘Barbarians of the Beyond’ van Matthew Hughes, welke zich in het Duivelsprinsenuniversum afspeelt. Ik heb het in handen en ga kijken of het voor mij voldoende leesbaar is (u weet, ik ben niet zo’n held in het lezen van Engels, het duurt me te lang en ik hou van opschieten in een verhaal) en zal er dan zeker een recensie aan wijden. Iemand anders die al in de deze ‘Paladins of Vance’ reeks is opgenomen, is onze eigen Tais Teng die een (Engelstalig) deel aan de Alastor reeks toevoegde: Phaedra. Alastor 824. Michael Shea is ook al een Paladin, die met ‘A Quest for Simbilis’ een nieuw Cugel verhaal aandroeg. Wat mij betreft… allemaal vertalen graag!!!

Wel… eerst maar eens kijken naar: ‘Rork’. Het verscheen voor het eerst in 1977 bij Scala in vertaling. Ik wist van de uitgave, maar de inhoud van het verhaal is in het zwarte gat, dat mijn geheugen is, verdwenen. Maar daar maak ik me niet zoveel zorgen over. Vierenveertig jaar en duizenden andere boeken en verhalen zijn erover heen gegaan, dus is het niet zo vreemd dat het niet is blijven hangen. Bovendien was Scala nou niet de top van de SF-uitgevers destijds, dus dat helpt ook al niet. Ofschoon ‘Rork!’ zich niet in een bekend Vance universum afspeelt, zou je toch kunnen zeggen dat het wel in de ‘Paladins of Vance’ reeks zou passen, want het is zeer Vanciaans van opzet. ‘Rork!’ verhaalt van de gebeurtenissen op Pia 2. Een wereld die zeer afgelegen in de ruimte ligt en nog contact met de rest van de mensheid heeft omdat een Q-schip van het Gilde van de Tweede Academie, eens in de vijf jaar langskomt om het Gildestation te bevoorraden en de roodvleugeloogst op te halen. Roodvleugel groeit alleen maar op Pia 2 en is een belangrijk ingrediënt voor de farmaceutische industrie. Als de productie van roodvleugel drastisch afneemt wordt Edran Lomar als gezant van het Gilde naar Pia 2 gestuurd om te achterhalen wat er aan de hand is en het probleem op te lossen. Edran wordt geconfronteerd met een stelletje ongeregeld dat het Gilde op Pia 2 voorstelt en elk van de leden van dat Gilde kan zo uit een Vance verhaal komen. Ongeïnteresseerd, te lam (of te dom) om iets te doen, te gedegenereerd en ga zo maar door. En… geen van hen zit te wachten op de bemoeienissen van Edran. Ga daar maar eens aanstaan.

Pracht verhaal dat me verschillende keren deed grinniken en was aldus een aangename verrassing waarvan het herlezen (of eigenlijk gewoon lezen) helemaal geen straf was. Het deed me wel met weemoed terugverlangen naar de jaren zeventig en tachtig, waarin we helemaal doodgegooid werden met SF. Niet alleen maar goede, maar natuurlijk ook veel slechte SF. Hoe dan ook… ik ben heel erg benieuwd naar de andere twee boeken van Avram Davidson!

Jos Lexmond