Guido Eekhaut – Het fluisteren van de tijd

Fluisteren-van-de-tijd2.jpeg

Guido Eekhaut – Het fluisteren van de tijd (SF)
Snuffel-reeks 9
Stichting Fantastische Vertellingen, Nieuw-Vennep (2021)
185 pagina’s; prijs € 12,50
Omslag: Ingrid Heit/Gert-Jan van den Bemd
Illustraties: Gert-Jan van den Bemd
Verkrijgbaar op: https://shop.pr1ma.nl/

Een nieuwe Snuffel! En wat voor een! Zo’n dikke snuffel heb ik nog nooit gezien. Honderdvijfentachtig pagina’s. Een mooi formaat pocket als uit de jaren zeventig, mag je wel zeggen én… daar kan je ook een heel mooi verhaal in kwijt. De Snuffel-reeks (een mooi gebonden boekje met leeslint en dus een sieraad in de boekenkast) biedt, volgens de achterflap, een springplank voor nieuw of miskend Nederlandstalig talent op het gebied van fantastische speurders. Een nieuw talent kan je Guido Eekhaut natuurlijk niet meer noemen, maar miskend… ik denk het nog steeds wel een beetje. Niet door mij, maar ik denk nog steeds min of meer onontdekt door het grote fantastieke lezerspubliek. Dit publiek ontzegt zich daarmee veel, want Guido Eekhaut is een van de meest originele fantastieke schrijvers die we in ons taalgebied hebben. Hij laat zich nooit weerhouden door grenzen tussen genres en weet mij al vele jaren te boeien én te verrassen door de meest uiteenlopende verhalen. Van Young Adult SF via horror en alternatieve geschiedenissen naar keiharde thrillers en wat dies meer zij. Wat het ook is… nieuw is het altijd weer en bij elk nieuw boek, of verhaal, ga ik er vrijwel meteen voor zitten.

Ook dus voor ‘Het fluisteren van de tijd’. Hoewel het nergens (ik kon het niet vinden) een roman (maar wel een fantastische detective) genoemd werd, vind ik, bibliograaf zijnde, dat ‘Het fluisteren van de tijd’ meer een bundel is en zal dus de inhoud als losse verhalen opnemen in Fandata. Uiteraard hebben ze een gemene deler in de stadsgids Anton. In de vijf verhalen, die in deze bundel verteld worden, leidt Anton vijf, zeer uiteenlopende, figuren rond in een alternatief Amsterdam, dat op sommige punten logisch en aardig op ons Amsterdam (niet dat ik er veel van ken) lijkt. Maar… er lopen ook biotechs rond. Een soort van opgewaardeerde dieren als vossen. Ze zijn half zo groot als de mens en zijn begroeid met een rode vacht als een vos en toch ook weer niet. Hij heeft een tandeloze bek, spreekt met moeite en is dus nauwelijks te verstaan. De biotechs… hebben ze een functie, of zijn ze slechts een soort van behang, met toch een eigen agenda? En uiteraard zijn er ook nog Anderen. Niet-mensen, of misschien liever verre neven of nichten van de mens. Ook hangt er sinds een maand, als een zwaard van Damokles, een artefact in een baan om Neptunus. Het ding doet zijn uiterste best zich te verschuilen achter de planeet zodat aardse telescopen het maar nauwelijks te zien krijgen. Tegen deze vervreemdende achtergrond leidt Anton verschillende mensen rond door dat toch vertrouwde, maar vreemde, Amsterdam. Mensen als Trump, niet met name genoemd, maar hij is moeilijk niet te herkennen. De achterkleindochter van Hitler. Heeft ze nog trekjes van haar overgrootvader? Of trekt hij op haar? Een afstammeling van De Sade. Een iemand die Albert heet en toch vrij zeker Einstein is. En dan nog een blinde dichter die J.L. heet. Stiekem vermaak ik me ermee dat met die J.L., ikzelf bedoelt wordt. Niet dat ik blind ben, maar wel dat ik soms mijn ogen wel sluit voor dingen die ik niet wil zien. Ook een vorm van blindheid. Wat drijft al deze mensen en hoe gaat Anton ermee om. Verrassend en origineel! Ik heb het al gezegd, maar ik herhaal het graag. Remco Meisner van Fantastische Vertellingen, de uitgever dezes, stuurde navolgend via facebook de wereld in: Het is al van meet af aan één van mijn lievelings! (My precious!). En… daar sluit ik mij volgaarne bij aan. Mocht u het nog niet door hebben… EEN AANRADER!!!

Jos Lexmond

De Upgrade – Steven Van Belleghem

Upgrade.jpg

De Upgrade – Steven Van Belleghem (SF)
Romy Bell 2
Uitgeverij Manteau/Standaard Uitgeverij nv, Antwerpen (2021)
350 pagina’s; prijs 22,50
Omslag: Karl Demoen

Nadat ik de eerste Romy Bell, ‘Eternal’ geheten, gelezen had wist ik nog niet dat het een reeks ging worden, Wist Steven Van Belleghem het wel? Waarschijnlijk wel. Volgens de epiloog van ‘Eternal’ leek het daar in ieder geval wel op. Hoe dan ook… er zijn meer standalones reeksen geworden, omdat deel een, nadat het een succes was geworden, uitnodigde tot meer. Sommigen zijn nooit meer weggegaan. Als ik mijn recensie van ‘Eternal’ nog eens teruglas was ik er toen al van onder de indruk. Daardoor wilde ik maar al te graag ‘De Upgrade’ ook lezen en recenseren. Ik heb er geen spijt van gekregen.

Het boek speelt zich vier jaar later af, dan ‘Eternal’. Om precies te zijn begint het verhaal op zondag 12 maart 2045 (heb het zelfs even gecheckt én het klopt. 12 maart 2045 is op een zondag. Het komt allemaal aan op de details) en eindigt op vrijdag 2 juni 2045 (uiteraard ook weer gecheckt). In 2045 zijn ze al een hele technische stap verder met het hele voorplantingsgebeuren en in het eerste hoofdstuk plannen het echtpaas Daniels hun eerste baby. Inderdaad plannen. Het wordt een meisje, dat is evident. Meisjes leggen zich, meer dan jongens, toe op hun intellectuele capaciteiten en dat de kans daardoor dat de kans op een hoger diploma onderwijs groter is dan bij mannen. Alle mogelijkheden van afwijking zijn aangevinkt. Dat wil zeggen dat alle genen en chromosomen die aanleiding geven tot afwijking en die het kind nu of later mogelijk zullen bemoeilijken, automatisch worden gescreend en zo nodig verwijderd. We hebben het dan over: borstkanker, alzheimer, muco (taaislijkziekte), down, doofheid en andere problematieken. Een van de clausules in contract, dat aan de would be ouders wordt voorgelezen, houdt in dat er door de leverancier een kind met de goede genen op de wereld gezet wordt, maar zich dan alsnog negatief ontwikkeld, dan gaat de leverancier en van uit dat dit een gevolg is van de opvoeding. Wat mij betreft wel heel erg kort door de bocht.

Ik weet niet of ik in dat soort wereld zou willen leven en misschien is het goed om kanker en dergelijke ziektes te kunnen voorkomen, maar een in een lab gecreëerde baby… zoals gezegd… ik weet het niet. Maar… de tijd zal het uitmaken.

Romy Bell leidt na haar ontslag een internationale organisatie die toeziet op het ethische kader bij medische ontwikkelingen. Bij een undercoveroperatie in een DNA-lab in Londen ontdekken Romy en haar team iets anders: virussen op maat. Voor wie zijn die virussen bedoeld? Waarom worden ze gemaakt? Als in Parijs de eerste dode valt…

De wereld in 2045, beschreven zoals in ‘De Upgrade’ zou heel goed kunnen. Hij is met zorg ontworpen en we maken dan blijkbaar al heel erg gemakkelijk gebruik van AI’s, maar auto’s rijden er ook nog gewoon rond. Een BMW (bestaat al sinds 1993, dus waarom in 2045 niet nog steeds), een Tesla. Niets nieuws onder de zon, zou je zeggen, maar… er rijdt ook een Apple (natuurlijk: ook auto’s!!!) mee. Nee, de wereld ziet eruit alsof technische ontwikkelingen zich logischerwijze vanuit 2021 hebben voorgedaan. Verder heeft het verhaal me alweer een paar aangename uurtjes beziggehouden. Dus… wat willen we nog meer? Een futuristisch verhaal in een futuristische wereld. Prima. Maar… een persoonlijk virus… was corona dat in eerste instantie dat ook niet? Althans, dat dacht men in het begin. Het ligt natuurlijk voor de hand dat er verhalen geschreven zouden worden over virussen. En… wat is er mis mee? Niets. Zeker als het gebeurt zoals in ‘De Upgrade’. Voor mij mag er nog wel een derde (en vierde) Romy Bell verhaal achteraankomen!

Jos Lexmond

Memento Monstrum – Jochem Till & Wiebke Rauers

Memento-Monstrum.jpg

Memento Monstrum – Jochem Till & Wiebke Rauers (JHO)
(Memento Monstrum – Coppenrath Verlag GmbH & Co. KG, Münster (2020))
De Vier Windstreken, Rijswijk (2021)
195 pagina’s; prijs 19,99
Vertaling: Django Mathijsen
Illustraties: Wiebke Rauers

Voor nieuwe jeugdboeken kijken de uitgevers meestal, buiten de Nederlandstalige titels dan, meestal naar het westen. Angelsaksische schrijvers zijn populair en dat is wel eens jammer. Gelukkig is De Vier Windstreken een uitgever die ook wel eens de andere kant uit kijkt. Ik noem alleen de prachtige boeken (met evenzo prachtige illustraties) van Torben Kuhlmann maar, die een paar jaar geleden als: Een Vier Windstreken Prentenboek verschenen. Zie mijn recensies van alle drie de delen op de site van het NCSF. Het enthousiasme spat ervan af.

Zo ook van mijn gevoelens over Memento Monstrum. Prachtig verzorgd boek (ook een Vier Windstreken prentenboek? Nergens gezien) met geweldige illustraties van Wiebke Rauers (is Wiebke geen Nederlandse naam?), naar een idee van haar, én een aantal leuke verhalen van Jochen Till. Die kennen we natuurlijk (wel… natuurlijk? Ik wel in ieder geval) van de boeken van Roofridder Robbie en Wilde Wilma. En… gezien wie de vertaler is?

Maar dit is wel heel wat anders. ‘Memento Monstrum’ gaat over graaf Dracula. Het zijn de redelijk ware memoires van de graaf. Het boek opent met het feit dat de oude, al 589 jaar, graaf bang is. Hij heeft talloze oorlogen overleefd, verschillende natuurrampen konden hem niet om het hoekje heen helpen. Vuurzeeën zijn gewoon op hem afgeketst en de vele aanslagen van die doortrapte Van Helsing heeft hij ook overleefd. Maar nu… zijn vrouw Selena gaat twee hele dagen weg. Normaal gesproken zou hij twee vrouwloze dagen makkelijk doorkomen met keihard oude platen draaien of naar zijn lievelingsfilms kijken en bakken bloedsinaasappelijs oppeuzelen tot hij er buikpijn van kreeg. Maar jammer genoeg kon dat de komende twee dagen helemaal niet, want zij zijn hier. De twee hele dagen. Waarom doet ze me dat aan? Waarom laat ze me achter met die… die monsters. Aima, zijn dochter, had zijn vrouw uitgenodigd voor een weekendje Parijs als cadeau voor haar vierhonderdste verjaardag en daarbij besloten dat opa in de tussentijd wel op de kleinkinderen kon passen. “Opa, is bang voor jullie, kinderen”, grinnikte ze. “Nee hoor, dat is hij niet”, zegt Vira, zijn kleindochter. “Opa is nergens bang voor, alleen maar van zonlicht”. Opa zucht. Hij mag ze niet eens opsluiten in de kelder, want dat zou niet pedagogisch verantwoord zijn. Opa weet niets van kinderen. Hij weet niet hoe ze te voeren en hoelang ze hun tanden moeten poetsen. Wat als ze ontsnappen en overdag naar buiten gaan. Dat als hun moeder terug komt hij haar alleen een hoopje as terug kan geven. Daar is hij bang voor. Maar… er is niets aan te doen. Oma en dochter vertrekken naar Parijs. Gelukkig kan opa wel heel erg goed oude verhalen vertellen…

Zeer vermakelijk boek met leuke verhalen, dat mag gezegd en dan ook nog verlucht met prachtige illustraties, soms paginagroot. Als je dat aandoenlijke kopje van Vlad Dracula op de omslag je aan ziet kijken, dan smelt je al bij voorbaat. Ik wel, in ieder geval. En ook de andere monsters die hun opwachting maken, zoals reusachtige yeti’s, achterbakse weerwolven en slijmerige vismonsters, wel… die zijn allen net zo aandoenlijk. Prachtig boek om cadeau te geven, of… te krijgen natuurlijk!!!

Jos Lexmond

Thomas Taylor – Het geheim van de Schaduwgruw

Schaduwgruw.jpg

Thomas Taylor – Het geheim van de Schaduwgruw (JFA) – 354p.
Legenden van Owee aan Zee 3
(Shadowghast – Walker Books Limited, Londen – 2021)
Uitgeverij Lannoo nv, Tielt (2021) € 15,99
Vertaling: Aleid van Eekelen-Benders
Omslag: George Ermos
Illustraties: Thomas Taylor

Normaal gesproken kijk ik bij een nieuwe recensie altijd even bij de voorgaande delen wat ik daar over geschreven heb. Je wilt toch een beetje continuïteit brengen in de recensies van een reeks en ook, meer dan dat, wil ik gewoon de voorgaande recensie kopiëren om in ieder geval de kop niet geheel over hoef te tikken. Ik ben toch wel een tikje lui aangelegd, dat durf gerust wel even zeggen. Bij dat kijken werd ik verrast door het feit dat ik deel 2: ‘Het geheim van Gargantis’ blijkbaar gemist en aldus overgeslagen heb. Tijdens het lezen had ik al een beetje het gevoel dat ik wat miste, maar daar de boeken van ‘Owee aan Zee’ min of meer losstaande verhalen zijn, merkte ik er dus niet al te veel van. Ik was er heilig van overtuigd dat ik gewoon alle boeken gelezen had. Niet dus! Maar goed… het is nu te laat, nu ik het derde deel door mijn ogen gehaald heb en dus gaan we gewoon door met de orde van de dag en wel net de recensie van: ‘Het geheim van de Schaduwgruw’. Alsof er niets gebeurd is. Misschien leen ik dat tweede deel nog wel eens in de bibliotheek, als ik niets anders meer te lezen heb, maar dat is vrij waarschijnlijk een utopie.

Owee aan Zee… vind ik een heel leuke reeks. Ik ben niet meer de jongste, maar ben wel in het bezit van een jonge geest. Bij tijd en wijle vind ik dit soort kinderboeken (vanaf negen jaar) toch nog heel erg leuk om te lezen. In het Engels verschijnt de reeks onder naam: ‘Legends of Eerie-on-Sea’, wat naar mijn idee toch briljant vertaald is naar: Owee aan Zee. Complimenten aan de vertaler dezes.

Het is Halloween, of gruwelnacht, in Owee aan Zee. Herbert Citroen, de onbetwiste hoofdrolspeler in alle boeken én vooral de gevonden-voorwerper van Grand Hotel Nautilus, wil graag ontbijten. Lady Kraken, de eigenares van het hotel is jarig en lang geleden heeft ze verordonneerd dat op haar verjaardag een bijzonder ontbijt wordt geserveerd voor al het personeel. Voor iedereen dus. Maar de manager, meneer Mollusk, is degene die beslist wie het eerst mag eten. Het is al voor het derde jaar dat hij niets krijgt. Een theatergezelschap neemt zijn intrek in het hotel en vanaf dan gebeuren er vreemde dingen. Inwoners van het stadje Owee aan Zee verdwijnen op mysterieuze wijze. Tijd voor Herbert Groen om op onderzoek uit te gaan samen met zijn vriendin Violet Puperwier. En wie is toch de beroemde illusionist Caliastra en wat weet ze over het verleden van Herbert Citroen. Hij weet er zelf niets meer van dan dat hij in een krat citroenen is aangespoeld. Caliastra beweert dat ze zijn moeder kende en op hetzelfde cruiseschip, de SS Fantastisch, als Herbie zat toen die schipbreuk leed. Ze weet zelfs nog meer dingen over hem, die geen ander mens zou kunnen weten. Is ze echt zijn tante? En wie is toch de Schaduwgruw?

Zaken genoeg voor Herbie en Violet om uit te gaan zoeken en kunnen ze hun verdwenen vrienden terugvinden. Volgens mij zit er nog geen einde aan de avonturen van Herbie Citroen. Er was in ieder geval een aanwijzing voor in het einde van dit derde deel. Dus komt er mogelijk nog een vierde deel (en een vijfde, en zesde…). In het Engelse taalgebied is er nog niets te vinden over een mogelijk vierde deel, maar hopen mogen we altijd. En… een beetje duimen natuurlijk. Voor mij mag het. Ik vind ze (ik zei het al) leuk!!!

Jos Lexmond

De Mitsukoshi Troostbaby Company – Auke Hulst

Mitsukoshi-Troostbaby-Company.jpg

De Mitsukoshi Troostbaby Company – Auke Hulst (SF)
Ambo/Anthos, Amsterdam (2021)
603 pagina’s, € 26,99
Omslag: Ronald Triebels/Emmanuel Achusim/Rolau Elena & Ronald Triebels
Foto auteur: Mark Uyl

Prachtig boek en het verhaal is fenomenaal. Fenomenaal was niet het juiste woord dat ik zocht, maar geen van de andere superlatieven die in me opborrelden, leken te voldoen. Dus ik laat het maar bij fenomenaal! Laatst vroeg iemand me, na mijn mededeling dat ik ‘De Mitsukosho Troostbaby Company’aan het lezen was, of het SF was. Hell yeah!!! Natuurlijk is het SF. Tijdreizen, alternatieve tijdlijnen, weblenzen, robots, androïden en spraaktralies. Hoe veel meer SF wil je het hebben. Maar ‘De Mitsukoshi Troostbaby Company is meer dan dat! Veel meer. Het is grote roman. En dan niet in de zin van de dikke zeshonderd pagina’s dat het beslaat, maar dan bedoel ik uiteraard de grootsheid van het verhaal. Een verhaal van verlies en verdriet en het nastreven van vinden, of opnieuw vinden, van wat je verloren hebt in ruimte en tijd. De SF in dit verhaal is ondergeschikt aan de liefde die ondergaan wordt en verloren raakt. De wereld is weliswaar een belangrijk onderdeel van de geschiedenis, maar neemt nimmer de overhand bij het zoeken naar persoonlijk geluk en de geliefde ander, waar in de tijd dan ook.

De hoofdpersoon is Auke Hulst, een schrijver. Maar een andere dan de schrijver die dit meesterwerk gewrocht heeft. Volgens de Wikipedia pagina in het begin van de roman is hij geboren in 1997 en schrijft gedurende dit hele verhaal aan ‘De lasso van de tijd’ dat in 2033 het licht moet zien. Is het toch een soort van autobiografie? We zullen het nooit weten, maar het is ook niet belangrijk. Ik ga niet al te veel (of eigenlijk helemaal niets) vertellen over het verhaal. Ik laat het aan jullie om het te ontdekken. Het plezier om zelf de zieleroerselen, reizen en liefdes van deze Auke Hulst, of zo je wilt, zijn pseudoniem A.K. Anthony, te ontdekken en te genieten. Soms onaangenaam geschokt te zullen zijn en soms dat het verdriet van een hartverscheurende passage je achterna sluipt, je uiteindelijk bij je nekvel pakt, zodat de tranen over je wangen lopen. Zoals het mij een aantal keren gebeurde. De scene waarin Scottie zegt: “Wat gebeurd er als er een vrouw komt en jullie krijgen een eigen kind? Wat gebeurd er dan met mij?” Dat raakt je diep! Er zijn zoveel meer van dit soort scenes. Misschien deed het verhaal zoveel met me, omdat ik zelf momenteel in een kwetsbare fase van mijn leven zit met een hoop gedoe, maar ik weet haast zeker dat het verhaal me anders waarschijnlijk net zoveel gedaan zou hebben.

Ik las dat de longlist van de Libris Literartuurprijs 2022 bekend is en ik keek of ‘De Mitsekoshi Troostbaby Company’ er soms op stond. Jawel dus! Op 28 februari uitsluitsel of hij op de shortlist komt. Wat mij betreft heeft hij al gewonnen. Ik vrees dat ik de andere titels niet ken, maar er zit verder geen fantastiek bij (denk ik). Hoe dan ook… van mij zou het een nominee zijn voor wat voor prijs dan ook. Waarom ook niet voor de Hugo én Nebula Award? Ik ga hier geen namen noemen om het boek mee te vergelijken. Maar als je het lijstje met namen en boeken bekijkt die de laatste vijftig jaar deze prestigieuze prijzen gewonnen hebben, dan krijg je wel een idee in wat voor gezelschap ‘De Mitsukoshi Troostbaby Company’ zou moeten verkeren. Ik dring er dan ook sterk op aan om het te (laten) vertalen, zodat het alsnog genomineerd kan worden.

Al lezende noteerde ik van alles om deze recensie te kunnen schrijven. Uiteindelijk heb ik weinig tot niets gebruikt uit deze aantekeningen. Ik had een aantal prachtige zinnen genoteerd, maar uiteindelijk zal ik er (bijna) geen delen met jullie. Deze zinnen zijn uit hun context gerukt en zeggen als citaten weinig of niets, dan dat het prachtig samengestelde zinnen zijn. Ik laat ze liever lezen op de plaats waar ze volledig tot hun recht komen. Echter… enkele wil ik jullie toch niet onthouden. Wat denken jullie van: ‘Overal lopen de levenden over de samengesperste doden’. Deze regel zette me heel erg aan het denken en het gewicht van millenia drukte op me neer bij het besef dat het zo is. En deze: ‘Zodra SF werkelijkheid wordt, nemen we die werkelijkheid voor lief, er door de fantasie al op voorbereid’. Dat is zeker de reden waarom ik voornamelijk SF in grote aantallen boeken tot me neem. Benieuwd naar de geschiedenis van de toekomst. Nog een waarheid als een koe: ‘Zwaardvechters zeggen dat je sabel moet vasthouden zoals je een vogel vasthoudt: niet zo stevig dat je de vogel doodt, niet zo losjes dat hij wegvliegt. Geldt hetzelfde voor een geliefde?’. Tenslotte nog een ergernis (volgens mij van Auke zelf) die me behoorlijk raakte: ‘Luie recensenten, die niet proberen te begrijpen wat een schrijver met een tekst wil, maar alleen bezig zijn met wat ze liever hadden gelezen. Recensenten die een tekst martelen zonder geïnteresseerd te zijn in de betekenis, de bekentenis hooguit in een teken dat de aframmeling de schrijver pijn doet en de recensent in zijn kleine narrenwereld macht heeft.’ Zo’n tekst wil je als recensent echt niet lezen. Hij deed pijn. Je (althans ik) wilt een verhaal op zijn meritus beoordelen. Goed of slecht, maar wel eerlijk en oprecht vanuit je eigen perceptie én positief waar het kan. Gelukkig heb ik het makkelijk wat dat betreft. Ik kies de boeken die ik wil recenseren zelf, dus de decepties zijn minimaal. Maar ze zijn er wel.

Dit was voor mij een van de allerbeste verhalen van de laatste jaren. Dank je wel, Auke. Welke dan ook!!!

Jos Lexmond

De Groene Toren – Johan Klein Haneveld

Groene-Toren.jpg

De Groene Toren – Johan Klein Haneveld (SF)
Uitgeverij Macc, Rijen (2021)
137 pagina’s; prijs 15,95
Omslag: Cornell Göksu

Als je de ontstaansgeschiedenis van dit verhaal zo leest, dan krijg je toch wel bewondering voor het doorzettingsvermogen van Johan. Hij was een jaar of zestien a zeventien toen hij er voor het eerst aan begon. Hij printte het uit op een luidruchtige matrixprinter (iemand die, buiten mij om, nog weet wat voor een ding dat was?), maar voordat het verhaal af was, gooide hij het in de prullenbak en wiste het van de harde schijf. Dat, omwille van een aantal expliciete scenes in het verhaal, waarvan hij wist dat die nooit door de strenge kerkgemeenschap, waartoe hij met zijn familie behoorde, geaccepteerd zouden worden. Jaren betreurde hij het in de prullenbak gooien en wissen van het verhaal, maar daarmee kreeg hij het niet meer terug. En evenzovele jaren bleef het basisidee in zijn systeem zitten en in het voorjaar van 2018 begon hij het opnieuw te schrijven, met weliswaar andere ideeën, als toen hij zeventien was, maar in de basis was het nog hetzelfde. Het heeft al met al vijfentwintig jaar geduurd, voordat het verhaal uiteindelijk in zijn huidige kreeg. Hoezo, nooit opgeven. Het verhaal betekent voor hem een bevrijding van dogma’s en doctrines en daar kan ik alleen maar mijn bewondering over uitspreken! Dan tot slot nog even over de opdracht in het boek: ‘Voor Bianca, die niet zal toelaten dat ik ooit nog eens zomaar een manuscript weggooi.’ Ik zou hier haast: ‘Amen’ op willen zeggen!

In fysieke vorm is het niet een heel erg lang verhaal. Kan ik het een novelle noemen? Ik denk het niet. Als je de vorm van de paperback verkleint naar een pocket als een Zwart Beertje, of een prisma’tje uit de jaren zestig of zeventig, dan kom je zo’n beetje uit op de lengte (of zoals je wilt) dikte van die tijd. Een roman destijds was zo ongeveer een honderdtachtig pagina’s. En dat was het. Dat we nu verwend worden met boeken van tussen de driehonderd en vierhonderd pagina’s wil niet altijd zeggen dat het er beter op geworden is. Woorden zijn makkelijk en het papier is geduldig. Het wil zeker wat mij betreft niet zeggen dat de verhalen er beter op geworden zijn. Het is soms fijn dat je langer in een bepaalde wereld kunt verblijven, maar verder is meer niet altijd beter.

Wel… het verhaal, want daar gaat het tenslotte om. Georg (zou George Orwell van ‘1984’ voor hem model hebben gestaan?) Solon woont in het Nederland van de toekomst in een groene toren. Zijn eten en drinken komt uit de muur, zijn kleding wordt geprint en vermaak is er in alle overvloed. Maar maakt dat je ook gelukkig? Kan hij zich conformeren aan het idee van een perfecte en ideale groene toren bewoner te zijn? Er wordt van hem verwacht dat met de Kerst, geprinte groene takken aan de muur te hangen met schreeuwende kerstversieringen en dat er naast de voordeur een walgelijke kerstman prijkt, met witte baard en bolle buik, die Ho, Ho, Ho begint te brullen als er iemand maar in de buurt durft te komen. Georg heeft er een bloedhekel aan. Sfeerverlichting en wintertaferelen waren niet aan hem besteed, maar hij moet er aan meedoen om maar niet uit de toon te vallen in de toren. Zolang je score maar in het groen staat, dan is er niets aan de hand, maar als het geel, of zelfs maar oranje wordt… dan is het niet best. En dat is nou net wat er met Georg gebeurd. Waarom en wat er dan gebeurt… dat laat ik aan jou om verder te ontdekken.

Prima verhaal met een mooie én vooral onverwachte twist aan het einde. Alweer een aanrader van Johan Klein Haneveld!!!

Jos Lexmond

Sluimerend kwaad – Ronald van Assen

Sluimerend-kwaad.jpg

Sluimerend kwaad – Ronald van Assen (DIV)
Godijn Publishing, Hoorn/Zwaag (2021)
309 pagina’s; prijs 19,99
Omslag: Jen Minkman

Tot voor ‘Sluimerend kwaad’, had ik nog niet veel kennis van Ronald van Assen genomen. Ik kende de twee verhalen die hij bijdroeg aan de Godijn verhalenwedstrijd, welke verschenen in de bundels ‘Nachtwakers’ en ‘Nevelkinderen’, waarvan ik in mijn recensie van de laatste schreef: “Voor eeuwig van hot naar her met je zus. Leuk!” Uiteraard wist ik ook van het bestaan van zijn Young Adult Fantasy roman ‘De tranen van een eenhoorn’, welke ik niet tot me genomen had en er dus ook geen oordeel over kon vormen. Al met al was de kennismaking met Ronald van Assen tot nu, dus toe kort te noemen. Dat veranderde zeker met de bundel ‘Sluimerend kwaad’, welke wel drieëndertig verhalen telde en dat op 309 pagina’s. Het verhaal waarmee de anthologie opent: ‘Meisje in het riet’ beslaat alleen al honderdacht pagina’s, dus mag wel als een novelle geduid worden en dan blijft er voor de overige verhalen niet veel over en het gemiddelde aantal pagina’s per verhaal zakt daarmee aanzienlijk tot kort en soms ultrakort. Ook zijn niet alle verhalen fantastiek. Ik heb ze geturfd. Twaalf kan je zien als fantastiek, de overige eenentwintig, dus niet. Ik heb wel van elk verhaal een korte beschrijving of opmerking genoteerd. Misschien dat je er wat aan hebt! Hier komen ze:

01 – ‘Het meisje in het riet’ (HO) – Wat als een heksenminachtende actie begint, groeit al snel uit tot een horrorbezetting van… tot in den dood. Kill your darlings, krijgt een heel andere betekenis. Geweldig verhaal, of liever novelle. In het begin weet je hoe het afloopt, in de rest van het verhaal, het hoe en waarom. Prachtig en mooi traag opgebouwd.
02 – ‘Spiegels horen niet te liegen’ (HO) – Of toch… maar met de juiste maatregelen… Origineel
03- ‘Je moet ze flikkeren’ – Bizarre fantasie. Geen fantastiek!
04- ‘De domme slachtoffers’- Leuke filosofische verhandeling over wel hoe dan slachtoffers wel niet zijn. Geen fantastiek!
05- ‘Wie komt er op mijn feestje?’- Bloederig slasher verhaal. Not my cup of tea. Geen fantastiek!
06 – ‘Met mij’ (SP) – Absurdistisch spookachtig verhaal. Ik ga je hangen is hier wel heel erg wrang te noemen, of in ieder geval tenenkrommend!
07 – ‘Mag het licht aan blijven’ (HO) – Of het fantastieke horror is of niet… (voor Fandata zeg ik twijfelend: Ja!). Horror is het. Met een hoofdletter én hartverscheurend. Dat ook!
08 – ‘Je komt nooit meer van mij af’ (HO) – Over controle en bezit. Twijfelgeval of het fantastiek is. Er zijn iets meer voors dan tegens. Dus… ja!
09 – ‘Het verhoor (deel 1)’ – Fascinerend inkijkje in verhoortechniek. Geen fantastiek tot zover, maar misschien komt dat nog in deel 2
10 – ‘Het zit allemaal in je hoofd’ – Maar in welk hoofd? Geen fantastiek, maar wel leuk verzonnen
11 – ‘Zo heb ik je toch niet opgevoed! – De andere kant van het gelijk!!! Geen fantastiek
12 – ‘Waarom noemen ze haar Roodkapje? (FA) – Een nieuw waargebeurd verhaal over Roodkapje.
13 – ‘De Grapjesman’ – Absurd verhaal over een sadistische clown. Geen fantastiek
14 – ‘Ik kan jou bang maken’ – Psychologisch trucje dat moet zorgen dat je bang wordt. Verdomd als het niet waar is. Het werkt! Geen fantastiek.
15 – ‘Made in Kenia’ – Souvenirs uit een ver land. Geen fantastiek
16 – ‘Zoiets zou mijn dochter nooit doen’ – Jong geleerd is oud gedaan. Iedereen heeft wel eens iemand die je zou willen vermoorden. Geen fantastiek
17 – ‘Het verhoor (deel 2) – De fantastiek kwam niet in dit tweede deel. Verhaal is net even iets anders dan in deel 1. Ik kan er geen vinger op leggen
18 – ‘Hans en zijn niet zo lieve Grietje’ – Hertelling van het aloude sprookje, maar dan ietsje anders. Geen fantastiek
19 – ‘Niet zo’n herrie maken. De buurman is ziek’ (YHO) – Het geeft een heel andere kijk op het verkeerd bezorgen van een pakje en het aannemen daarvan
20 – ‘Dit is wel heel erg geestig’ (FA) – En… ook weer niet. Het meest nihilistische verhaal dat ik ooit las!
21 – ‘Ze groeien vanzelf weer aan’ – Geen fantastiek, maar wel een heel luguber verhaal, maar er zit ook logica in
22 – ‘Kijk eens in de poppetjes van mijn ogen’ (HO) – Om gek van te worden. Vasthoudend is hier het juiste woord!
23 – ‘De man met de hamer’ – Die komen we allemaal wel eens tegen, maar dan figuurlijk. Geen fantastiek
24 – ‘Roosje Bonbondoosje’ – Allergieën kunnen ook wel een handig zijn. Geen fantastiek
25 – ‘De Vijver der Verbeelding’ (FA) – Die vijver! Jaren geleden kwijtgeraakt en nooit meer gevonden. Wat een gemis!
26 – ‘De koppelaarster’ – Het wordt zo een stuk gemakkelijker. De simpelste ideeën zijn de beste. Geen fantastiek.
27 – ‘Vicky’ – Wees voorzichtig met wat je wenst. Voordat je het weet… Geen fantastiek
28 – ‘Welkom in mijn wereld’ (FA) – Er is meer tussen hemel en aarde. Alleen… hoe kom je daar?
29 – ‘Sonja, de kuisvrouw’ – Schoonmaker… een ondergewaardeerd beroep! Geen fantastiek
30 – ‘Wat staat er dit jaar op het menu?’ – Mama is werkelijk een schat. Ze is om op te eten. Geen fantastiek
31 – ‘Verzetsheld’ (SF) – Dystopisch verhaal, maar is dat wel zo? Speelt het zich allemaal niet af in het hoofd van de hoofdpersoon, of is het inderdaad zo. We zullen het nooit weten. Zucht!!!
32 – ‘Het blijft onder ons’ – Wie is toch die man, die zondags het vlees snijdt? Geen fantastiek
33 – ‘En ze leefden nog lang en gelukkig…’ – Er zijn meer manieren om een verhaal te eindigen. Je moet ervan houden! Maar… of dit een verhaal is… en als het dat wel is… geen fantastiek!

Ofschoon dus slechts een derde van de verhaal als fantastiek kunnen worden aangemerkt, heb ik er wel van genoten. Niet alle verhalen konden me bekoren, maar dat waren er maar een paar. Over het algemeen dus zeer te genieten en ik zou het bepaalt geen straf vinden nog eens een anthologie van Ronald van Assen tot me te nemen. Deze is alvast een aanrader!!!

Jos Lexmond

Het geheugen van Babel – Christelle Dabos

Het-geheugen-van-Babel.jpg

Het geheugen van Babel – Christelle Dabos (YFA)
De Spiegelpassante 3
Uitgeverij Luitingh-Sijthoff B.V., Amsterdam (2021)
501 pagina’s; prijs 24,99
Oorspr.: La Passa-miroir – La mémoire de Babel (Éditions Galimard Jeunesse, Paris – 2017)
Vertaling: Eef Gratema
Omslag: Galimard Jeunesse/Suzanne Bakkum/Laurant Gapaillard
Illustraties: Laurant Gapaillard

Het kan niet anders… ik ga in herhalingen vallen. Allereerst, wat dat is toch het belangrijkste, wil ik toch maar even gezegd hebben dat ‘De Spiegelpassante’ een geweldige reeks is. Punt, om dat toch maar even te benadrukken. Maar, uiteraard is er altijd een maar aan, er zat wel zowat driekwart jaar tussen ‘De vermisten van Maneschijn’ en deze uitgave. Het eerste deel stamde ook al van zeven maanden daar weer voor. Het vierde en laatste deel ‘De storm van Echo’s’ gaat een jaar na het derde deel, wat ik dus nu bespreek, komen. Ik moet daarom zeggen dat het me, ondanks dus dat ik het een schitterende reeks vind, het me telkens ontzettend veel moeite kost om weer in het verhaal te komen. Dit desondanks de anderhalve pagina waarin een weinig (te weinig) informatie wordt gegeven over het voorgaande deel. Dat is jammer, heel erg jammer en het komt het verhaal niet ten goede, dat mag ik, denk ik wel zeggen. Als je net zoveel leest en met boeken bezig bent dan ik (en zelfs als het wat minder is). Het kan niet anders dat je daar net zoveel last van hebt dan ik.

Maar goed… ik ga er over ophouden. Er is meer te vertellen over de vertelling. Het verhaal in ‘Het geheugen van Babel’ begint als een verhaal uit ‘Alice in Wonderland’. Het is het Tik-Takfeest. Iedereen roept vrolijk Tik-Tak tegen elkaar. Ophelia is er niet voor in de stemming. Thorn is nog steeds verdwenen. Maar… Archibald komt haar halen en na twee jaar en zeven maanden verlaat ze de ark Anima. Via een Windroos reist ze naar de Ark Babel, waar ze zich onder een valse identiteit en met de schuilnaam Eulalia, meldt zich bij het Memoriaal om voorloper te worden. Haar uiteindelijke doel is om Virtuoos te worden, waardoor toegang tot het Secretarium te verkrijgen is en het zodoende mogelijk wordt de oude archieven en collecties, die niet voor eenieder toegankelijk zijn, te bestuderen. Ze weet nog niet waar ze aan begint!

Intussen bestaat God. Hij is de schepper van de familiegeesten en als ouder van hun nakomelingen, bepaalt hij het lot van alle families en censureert hij alle collectieve geheugens. Bovendien kan hij uiterlijk aannemen van iedereen die hij tegenkomt en zich ook meester maken van hun bijzondere kracht. Wat heeft hij voor invloed en is het mogelijk voor Ophelia om Thorn terug te vinden. Ophelia lijkt een raadselachtig geheim te bewaren, die niet alleen de sleutel is tot het verleden, maar ook de toekomst van alle arken zal bepalen.

Prachtig en ontzettend origineel verhaal dat me meer en meer bevalt, maar dat ik noodzakelijkerwijs, straks als ik ze alle vier heb, nog eens allemaal (maar dan in een ruk) nog eens zal lezen. Daar zal het nog mooier van worden, daar ben ik absoluut van overtuigd!

Nog slechts één boek, ´De storm van de Echo´s´ te gaan. Het staat te verschijnen in september en dan zullen we weten hoe het afloopt. Ik heb werkelijk nog geen idee welke kant het uitgaat, maar dat moet ook. Afwachten dus en maar hopen dat het snel september is. Het enige jammere daarvan is dat je nog sneller oud wordt, maar dat nemen we maar op de koop toe. Tot dan!!!

Jos Lexmond

Het duizend eilanden experiment – Frank van Dongen

Het-duizend-eilanden-experiment.jpg

Het duizend eilanden experiment – Frank van Dongen (SF)
De Ontdekking van de Mens-serie, deel 1
Iceberg Books, Amsterdam (2021)
412 pagina’s, € 24,99
Omslag: Michael van Zijl/Slobodan Cedic

Op enig moment, ik weet niet meer wanneer precies, kocht ik alle uitgaven van Uitgeverij Verschijnsel in een keer. Tot dan toe had ik er geen een aangeschaft, om de simpele reden dat een mens (nouja de meeste mensen dan) nou eenmaal geen geld hebben om alle fantastiek die verscheen te kopen. Dat had ik op dat moment ook nog niet, maar ik kreeg de hele stapel van mijn vrouw, ter ere van ??? Geen idee meer, ik hoop maar dat ze deze recensie niet leest, maar de kans daarop is gelukkig redelijk klein. Hoe dan ook… zat daar ‘Het bouwplan’ van Frank van Dongen bij én heb ik het dan ook gelezen? Ik weet het niet meer en ik kan het ook niet nakijken want een behoorlijk groot deel van mijn verzameling zit nog steeds in dozen. Ja ja… ik weet het: Schande!!! Geen tijd, geen zin om boekenkasten te bouwen, andere prioroiteiten. Wel… noem de smoezen maar op. Ze zijn allemaal al eens gebruikt. Misschien komt het er nog eens van ze uit te pakken. Maar voorlopig niet, want ik ben door persoonlijke omstandigheden behoorlijk achter geraakt met het lezen van recensieboeken en schrijven van recensies. Dit keer geen smoes, maar bittere waarheid. Hoe het ook zij… eerst deze achterstand maar weer eens zo snel mogelijk wegwerken!!!

Het is in ieder geval mooi dat ‘Het bouwplan’ in februari bij Iceberg Books zal verschijnen. Het is een geheel herziene uitgave en het gaat slechts € 12,50 kosten. Voor dat bedrag kan je geen buil vallen. Of je het beter kan lezen voordat je met ‘Het duizend eilanden experiment’ gaat beginnen… dat durf ik niet echt te zeggen. Het speelt zich af op de wereld van het duizend eilanden experiment en zo te zien na de gebeurtenissen in deze trilogie. Maar aan de andere kant… eenieder had het allang bij Verschijnsel aan kunnen schaffen én dus lang voor ‘De Ontdekking van de Mens-serie’kunnen lezen. Dus… helaas geen advies van mij in deze!

We gaan over tot de orde van de dag. Wat ik alvast vooraf wel wil zeggen, is dat de evolutiebioloog Frank van Dongen een groot talent is. Zijn verhaal heeft een internationale allure en als er iets klaar is om de wijde wereld in het sturen, dan is het dit verhaal wel. En… dat durf ik best te verkondigen zonder de twee andere delen gelezen te hebben. Dus… vertalen, sowieso in het Engels en dan komt de rest vanzelf.

‘Het duizend eiland eilanden experiment’ vertelt het verhaal van Jack Newman dat begint in het Londen van 2058 en doorloopt (in dit deel) tot 2070 in Cambridge. De wereld waar Jack in leeft, is in niets te vergelijken met de huidige. De taken van de mensen zijn overgenomen door robots en processen, en het gros van de werkeloze mensheid verliest zich in VR games en pornosites. Jack woont in een woongroep voor ex-drugsverslaafden en is de enige die zich niet voor een dergelijk bestaan interesseert. Hij wil zijn (denkbeeldige?) tweelingbroer Redmond, wiens bestaan ontkent wordt. Hij wil rennen, ravotten en buiten spelen. We volgen een opgroeiende Jack in een verloederde wereld, waarin Jack erachter komt dat hij niet de enige is die weigert zich in VR games en porno te begraven. Het verhaal van Jack wordt vanaf een gegeven moment afgewisseld door het verhaal van zijn tweelingbroer Redmond Fogel, die in Lalande 21185, in het Gebouw leeft. Jack heeft contact met Redmont als hij slaapt en als hij wakker wordt voelt hij een misselijk makend gevoel van verlies, als dat contact verbroken is. En wat is Alpha War? Een game, of zit er meer achter!!!

Ik had absoluut zeker wel meteen door willen gaan met ´De Machineplaag´ het tweede deel van deze trilogie, ware het niet dat ik dermate achter geraakt ben met recenseren, dat ik eerst een paar andere boeken moet lezen. Maar toch wil ik heel erg graag zo snel mogelijk terugkeren naar ´De Ontdekking van de Mens´ trilogie, dus verwacht me eerdaags én ASAP terug met de recensie van het tweede deel!!

Wat ik sowieso nog wel wil doen op dit moment, is grote complimenten geven voor de vormgeving en de omslagillustratie. Die zijn werkelijk schitterend te noemen. Ook spreek ik mijn bewondering uit voor Iceberg Books die werk uit willen geven van een toch nogal onbekende auteur. Dit opent zeker perspectieven voor andere, nog onbekende, auteurs. Lof en hulde!!!

Jos Lexmond

Fantastische Vertellingen 60

FV60.jpg

Fantastische Vertellingen 60
Stichting Fantastische Vertellingen, Nieuw-Vennep (December 2021)
159 pagina’s; prijs € 7,95 (jaarabonnement (4 nummers + Tjonge) € 29,95)
Samenstelling: Remco Meisner
Omslag: Ingrid Heit/Ben van den Outenaar
Verkrijgbaar op: https://shop.pr1ma.nl/

Mijn laatste zin in de recensie van Fantastische Vertellingen 59 luidde: Tot Fantastische Vertellingen 60!!! Ik kijk er alweer naar uit! En… hier zijn we alweer. Met Fantastische Vertellingen 60. Je kunt er de klok haast op gelijk zetten. Het verschijnen ervan gaat welhaast met militaire precisie. Als ik dit schrijf, zitten we alweer een aardig eindje in 2022. Uiteraard heb ik het blad eerder gelezen, maar door persoonlijke toestanden er niet eerder aan toegekomen het een en ander uit te schrijven. Maar nu dus wel. Omdat we in 2022 zitten wil ik, (u mocht het eens gemist hebben, of misschien wel vergeten zijn) toch nog maar een keertje melden dat we dit jaar ons kunnen verheugen op het feit dat Fantasticon-III op zaterdag 17 september 2022 tussen 10:00 en 17:00 uur plaats gaat vinden in het buurtcentrum Linquenda, Oostmoor 52 in Nieuw-Vennep. Mocht iemand dat wellicht vergeten zijn… dan dus bij deze de reminder. Het wordt heel erg mooi en u allen bent welkom en… misschien ben ik daar zelf ook wel aanwezig. Je weet het maar nooit!!!

Waarna we over gaan tot de orde van de dag, namelijk de recensie van FV 60. Wederom een prachtig verzorgd blad, waar op de voorzijde, doorlopend op de achterzijde, een prachtige illustratie pronkt van de hand van Ben van den Outenaar. Ik moet zeggen dat zijn naam me niet erg veel zegt en de tekst over hem in ‘Over de Gepubliceerden’, maakt me ook al niet veel wijzer. Ik neem aan dat hij een fan van de genoemden is, wat weinig anders over hem zegt, dan dat hij een goed smaak heeft. Tenminste over die namen die ik herken. Maar wat maakt het uit. Zijn illustratie is mooi en daar gaat het om. Mocht u de gehele illustratie willen aanschouwen zonder FV 60 telkenmale om te draaien… op de eerste pagina staat een volledige afbeelding.

Remco Meisner – ‘Meyvistisch Melodrama’. Het terugkerend fenomeen en wel de opening van FV. Wederom een verhaal an sich, of kan het misschien toch een feuilleton geheten worden? Spannend is het in ieder geval wel!
Dolf Wagenaar – ‘De vluchteling’ (FA). Magisch verhaal dat ik niet helemaal begrijp. Dystopisch, fantastisch… geen idee, maar wel vervreemdend
Emanuel Claessens – ‘De weerzeggerij’ (FA). Prachtig verteld verhaal uit de middeleeuwen. Een Fantasy zonder weerga, dat zomaar eens waar zou kunnen zijn. Occulte wetenschap, paranormale gaven en wat dies meer zij. Voorwaar een kanshebber voor EdgeZero 2021.
Onder de Indruk (wat vinden jullie ervan?). Recensies van Johan Klein Haneveld en van mezelf. Ganymedes 21 deden we beiden. Leuk dat twee mensen er zo verschillend (maar ook weer hetzelfde) over denken!
Dick van der Bij – ‘Het reine zand’ (HO). Ingrediënten: Een fictief wadden eiland, een muziekfestival vol showbands, een ultrarechtse Hitler en Breivik adept, paranormale gaven en een duizend jaar oude demonische tekst. Samen vormen ze een angstaanjagend verhaal. Mogelijk? Laten we het niet hopen!!!
Oxana Langbeen – ‘Oxana’s Oxymoron’. De immer wijze Lieve Lita vraagbaak over problemen van allerlei aard. Dit keer een van een bot met aflopende arbeidsvreugde. Het antwoord is automaton waardig!
Gerd-Jan van den Bemd – ‘Proef op de som’ (SF). Hilarisch verhaal over muizenissen. Dolle pret en volkomen genietbaar!
Peter Erhardt – ‘Geschrokken’ Beeldverhaal wat zegt wat je ziet!
Paul van Leeuwenkamp – ‘FV-Essay. Jack Schlimazlniks exotische laatste avontuur’. Fascinerend verhaal over een van de meest (of toch ook weer niet, het essay lezende) verborgen en uitgesproken persoonlijkheden in de Fantastiek. Meer dan een recensie… meer dan een analyse.
Johan Klein Haneveld – Het hek (HO). Een kring van stenen in een grot. Intrigerend verhaal over werkelijkheden. Welke is juist en… wanneer dan wel?
Gerd-Jan van den Bemd – Slimme gronden (SF). De natuur is de dupe, de mens spekkoper. Wel… niet allemaal
Jan Roosen – ‘Een cent te weinig’. Zeer vermakelijk verhaal. Geen Fantastiek, maar wel… fantastisch!!!
Mike Jansen – ‘Kolom’. Leuk artikel van Mike Jansen. Grappig ook, misschien onbedoeld, maar ik vind van wel. Hij kent de LP ‘Zilverdael’ van Alexander Curley, net als ik. Volgens mij zijn wij de enige twee, alleen associeerde ik het met Tolkien. Net als hij, draaide ik hem grijs.
Robert Smets – ‘Een bewogen overtocht’ Wie is Colon? Gewoon een vraag. Verhaal van een overtocht van Europa naar de Amerika’s. Leuk met een ietwat vreemd taalgebruik, wat het dan toch weer leuk maakt. Geen Fantastiek!
Paul van Leeuwenkamp – ‘FV-Essay: KliFi – roman of pamflet?’ Recensie van ‘Klifi’, roman van Adriaan van Dis. Deze roman had ik aangevraagd als recensie-exemplaar, maar niet toegewezen gekregen. Geen idee of ik daar blij moet zijn of niet. Ook nog niet na het lezen van deze goede en uitgebreide recensie. Ik laat het maar zo denk ik!
Over de gepubliceerden Een rondje over wie er allemaal meewerkten aan nummer 60. Toch alweer een mijlpaal te noemen. In dit tempo nog maar tien jaar en we tikken nummer 100 aan!!!

De Illustratoren zijn weer menigvuldig aanwezig. De ene illustratie is nog mooier dan de andere.

Welaan… weer een nummer vol en met alweer een paar pagina’s dikker dan de vorige. Als dat zo doorgaat… issie bij nummer 100 niet meer te tillen. De inhoud was weer verassend te noemen én meer dan gevarieerd. Mooie verhalen, prima artikelen. Wat wil een mens nog meer. Bij dezen mag ik vast wel de woorden uitspreken dat we alweer uitkijken naar de verschijning van nummer 61, zo tegen het einde van maart van dit jaar. Het hoeft niet heel erg snel zover te zijn, het leven gaat al snel genoeg, maar wel dat ik er alvast naar smacht!!!

Jos Lexmond