Reisdagboek van Travis Montgomery – Victoris Farkas

Montgomery.jpg

Reisdagboek van Travis Montgomery – Victoris Farkas (JSF)
Uitgeverij Volt, Amsterdam – Antwerpen (2019)
189 pagina’s; prijs 14,99
Omslag: Nancy Koot
Omslagillustratie & illustraties: Irene Cécile

Naar mijn idee komt het steeds meer voor. Boeken met heel erg veel, veelal simpele, illustraties. De verhalen hebben meestal een humoristisch karakter en dus ook de plaatjes meteen. Dat is natuurlijk omdat de kinderen tegenwoordig een zeer korte concentratieboog hebben en met al die snelle You Tube filmpjes snel afgeleid en verveeld zijn en op zoek gaan naar een nieuwe sensatie. Misschien is dit soort boeken daar wel een reactie op en moeten de kinderen aldus weer aan het lezen gebracht worden. Het doel heiligt de middelen zullen we maar zeggen, en als het werkt… ben ik helemaal voor. Persoonlijk vind ik het veel te onrustig lezen en zou er welhaast zenuwachtig van worden. Maar ik behoor dan ook niet de doelgroep waar dit soort verhalen voor bedoeld is. Wie hiermee begonnen is? Ik zou het zo gauw niet weten, maar als ik zou moeten gokken, dan zou ik David Walliams zeggen. Tegenwoordig een kinderboekenauteur (sinds 2009), maar vroeger vooral bekend uit de zeer komische televieserie: ‘Little Britain’. Maar David Walliams is niet de enige die zich op dit pad begeeft. Hij heeft tegenwoordig meerdere collega’s die zich, met meer en minder succes, hiermee bezig houden. Om er een paar te noemen: David Baddiel en David O’Connell (het lijkt wel of het voorbehouden is aan Davids, maar niets is minder waar). In ons eigen Nederland is natuurlijk Tosca Menten (met de illustraties van Elly Hees) met haar Dummie de Mummie een goed voorbeeld.

Het verhaal dan. Ondanks dat ik de vele illustraties en tekstjes met extra informatie behoorlijk afleidend (te druk) vond, kwam ik in dit verhaal verschillende hilarische momenten tegen waardoor ik geregeld een waarderende grijns of een spontane grinnik niet kon onderdrukken. Ook de illustraties waren nogal eens ondersteunend grappig.

Het is het jaar 2304. De twaalfjarige Travis Montgomery onderneemt met zijn familie, zijn vader Theo, zijn moeder Lorraine, zijn puberzus van vijftien, Jenna en de tweeling Emy en Livvy van zes (die de irritante gewoonte hebben zich altijd en overal te verstoppen) een vakantierondreis van 21 dagen naar Mars. Travis houdt op de reis een reisdagboek bij en noteert (nou ja noteert… hij hoeft alleen maar de gedachtevertaler aan en weer uit te zetten) minutieus hun belevenissen. Het wordt een reis met vele dieptepunten en ook nog wel een paar hoogtepunten. Het eerste dieptepunt is al een feit als de tweeling zich voor de vlucht naar het International Space Station verstopt heeft op de achterste rij van de negentiende vlucht en niet gevonden kan worden. Paniek dus. De bagage van de familie Montgomery wordt al van boord gehaald als de tweeling op het nippertje gevonden wordt en de familie hals over kop toch nog aan boord van de achttiende vlucht kan plaatsnemen. Op het Space Station is het weer haasten om op tijd aan boord van de AirSpace 380 Odin te geraken, waardoor de bagage helaas achterblijft en daardoor de gehele reis achter hen aan reist, maar hen nooit bereikt. Het bleef niet bij dit ene incident, maar het zou een aaneenschakeling van incidenten worden, waarbij Travis er de moed in blijft houden en min of meer zijn eigen plan trekt.

Conclusie… ik heb me wel vermaakt met dit verhaal. Misschien nog eens een vakantie reis naar de asteroïdengordel, of Jupiter met zijn manen, of naar Saturnus? Maar dan misschien toch met wat minder illustraties of verklarende tekstjes, of zou dat dan toch de kracht van dit boek zijn?

Jos Lexmond

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *