De Reis – Timo Parvela & Bjorn Sortland (JSF)
Kepler 62, deel 3
Clavis Uitgeverij, Hasselt – Amsterdam – New York (2019)
159 pagina’s; prijs 19.95
Oorspr.: Kepler62 – Kirja 3: Matka (Werner Söderström Ltd., Helsinki – 2016)
Vertaling: Sophie Kuiper
Omslag & Illustraties: Pati Pitkänen
Het zal wel geen toeval zijn dat er momenteel nogal veel berichtgeving is over de Kepler systemen die door de Kepler telescoop bekeken worden en waar de ene na de andere planeet ontdekt wordt die in de zogenaamde ‘Goldilocks zone’ ligt. Dat is een zone binnen een planetenstelsel op een dergelijke afstand van de ster (of meervoudige ster) dat er leven mogelijk is zoals dat voorkomt op de Aarde. De belangrijkste factor hierbij is de temperatuur die dusdanig is dat water, een hoofdvoorwaarde voor leven zoals wij dat kennen, niet bevriest of verdampt (tussen 0 en 100°C). De term is afkomstig uit het Engelse sprookje van Goudlokje en de Drie Beren, waarbij Goudlokje drie borden pap proeft waarvan de ene te warm is, de andere te koud, maar de derde precies de goede temperatuur heeft. (Bron van deze info is, met dank, uiteraard Google).
Zo ook natuurlijk Kepler 62. Een systeem dat vijf planeten heeft en waarvan Kepler62-e en Kepler62-f zich in de bewoonbare zone bevindt. De ontdekking hiervan heeft zeer waarschijnlijk de Finse SF schrijvers Timo Parvela en Bjorn Sortland geïnspireerd om de Kepler reeks te schrijven.
De reeks begon met ‘Uitnodiging’ waarin de bemanning die de reis naar Kepler62 zou maken , geselecteerd werd via een spel. Dat werd gevold door het tweede deel ‘De Lancering’. Waar dat over gaat moge duidelijk zijn. Hier dan het derde deel: ‘De Reis’.
De dertienjarige Ari en zijn broertje Joni vertrekken samen met een aantal andere kinderen op de langste reis in de geschiedenis van de mensheid. De bestemming is Kepler62e. Eerst de reis naar het ruimtestation ISS4, waar de kinderen niet al te lang zullen verblijven. Gekoppeld aan het ruimtestation wachten de sterrenzeilers Santa Maria, Pinta en Niña, genoemd naar de zeilschepen van Columbus, op hen. De sterrenzeilers zijn voorzien van lichtzeilen die de ruimteschepen voortstuwen met de kracht van de zonnewind, waarbij ze een snelheid kunnen halen van wel honderd tot tweehonderd kilometer per seconde. Ze zullen eeuwen onderweg zijn en in de tussentijd zullen de kinderen slapen. De reis gaat echter niet van een leien dakje.
Het verhaal is spannend en boeiend verteld en de bijbehorende illustraties van Pasi Pikänen zijn schitterend te noemen. Ik noemde in een van de recensies van de eerste delen dat ik het bedrag van € 19,95 wel vrij prijzig vond voor een kinderboek, maar de kwaliteit van het papier, de illustraties en het verhaal, verzachten veel, zo niet alles. Wat mij betreft dus een dikke aanrader. De recensie van deel vier verschijnt kortelings.
Jos Lexmond