Regie: Terry Gilliam – Speelduur: 132 minuten – Jaar: 2018
“…without intelligence, there can be no humour.”
― Miguel de Cervantes Saavedra, Don Quixote
Recent hebben wij de laatste film van Terry Gilliam (acteur, schrijver, regisseur van onder andere Monty Python, Jabberwocky, Brazil, Tideland en The Zero Theorem) mogen beleven.
De film is losjes geïnspireerd op de roman ‘El ingenioso hidalgo Don Quixote de la Mancha’ (‘Don Quichot van La Mancha’) van Miguel de Cervantes y Saavedra. Het eerste deel gepubliceerd in 1605 en het tweede deel in 1615. Een nog steeds aan te raden klassieker.
In de iets recentere geschiedenis, in 1989, begon Terry Gilliam aan het project. Het zal zijn persoonlijke gevecht tegen de windmolens zijn geweest. Door de jaren heen werd de productie onder andere opgehouden door een gebrek aan geld, een overstroming, wisselingen van acteurs en de nodige herschrijvingen van het verhaal. Na acht pogingen in 29 jaar ging de film uiteindelijk in première op het Cannes Film Festival in 2018.
Enkele maanden later, op een warme zomeravond, zochten wij de koele bioscoopzaal in het plaatselijke filmhuis op. Vanaf de eerste momenten werden wij meegenomen in een heerlijke film gevuld met avontuur, aanstekelijke humor en alom aanwezig drama. Er werd op een subtiele en soms iets minder subtiele manier omgegaan met de overgang tussen werkelijkheid en fantasie.
In 2 uur en 12 minuten volgen wij Toby (Adam Driver – onder andere Kylo Ren in Star Wars VII, VIII en IX), een cynische regisseur die gevangen is in de waanwereld van een oude Spaanse schoenmaker die gelooft dat hij Don Quixote (Jonathan Pryce – onder andere High Sparrow in Game of Thrones) is. Hun avontuur wordt gaandeweg meer en meer surrealistisch. Toby wordt daarbij geconfronteerd met de gevolgen van het maken van een film, die hij als idealistische jongeling heeft gemaakt, en waarmee hij een Spaans dorp en haar inwoners permanent heeft veranderd.
Ik heb de film ervaren als een intelligente waardevolle toevoeging aan het fantastische genre en hoop de film binnen 29 jaar nog een flink aantal keren te mogen zien.
Jan Johannes Scholte