De jongen die draken kweekte – Andy Shepherd (JFA)
De jongen die draken kweekte – deel 1
(The boy who grew dragons (Picadilly Press, Londen – 2018)
Lemniscaat b.v., Rotterdam (2018)
207 pagina’s; prijs 14,95
Omslag & Illustraties: Sara Ogilvie
Leuk voor zo maar even tussendoor. Ik had net ‘Andromeda’ van Jef Schokkaert achter de recensierug en was wel even toen aan wat luchtigs. Ik werd op mijn wenken bedient met ‘De jongen die draken kweekte’. Ik zit wel niet helemaal in de doelgroep (6-9) maar ik blijf ook graag een beetje op de hoogte van wat er verschijnt op kindergebied en dan was dit boek heel erg aardig te noemen. Ik heb zelf een kleinzoon van acht (Tygo) en ik denk dat hij dit boek wel heel erg kan waarderen. Ik denk dat het tegenwoordig moeilijk is om kinderen aan de boeken te krijgen met alle andere afleiding die er is. Toen ik zelf een knaapje was (héél erg lang geleden) was er, behalve heel erg basic lego en vooral buiten spelen, niets veel anders. Geen mobieltjes, geen I-pods, geen I-pads, geen games. Zelfs televisie was er nog niet, althans… wij hadden er geen. Het was feest toen bij iemand in de straat televisie werd binnengereden. Op woensdagmiddag dan zat de hele huiskamer bij die mensen vol met kinderen om een aflevering van Pipo de Clown te zien. Kan je nagaan, hoe oud ik al ben. Boeken waren zo’n beetje het enige middel om je op andere werelden te wanen en in de huid van helden te kruipen. Ik las dus als een malle. Nu is dat wel anders. Dus ik vind het wel knap dat toch nog behoorlijke grote aantallen kinderen alle elektronische verleidingen kunnen weerstaan en lekker in een boek kunnen duiken. Ikzelf heb mijn kinderen aan alle kanten gestimuleerd zoveel mogelijk te lezen en dat probeer ik ook weer met de kleinkinderen te doen.
Het helpt natuurlijk echt wel als er leuke boeken, zoals ‘De jongen die draken kweekte’ zijn om kinderen te stimuleren om te lezen. Vooral als ze ook nog eens voorzien zijn van leuke illustraties. Dat maakt het nog aantrekkelijker.
Het verhaal. Tomas helpt zijn opa in de tuin. Ze willen graag zelf groente en fruit gaan verbouwen, want ze zijn dol op vers. Op een zaterdagmorgen zijn de twee bezig een stuk grond vrij te maken van brandnetels en ander onkruid tot ze uiteindelijk nog maar een grote vreemde plant overhouden. “Het lijkt wel een ondersteboven reuzenzwabber”, zegt opa, “maar dan groen en stekelig en knobbelig.” Uit sommige cactusarmen sprongen levendige gele en oranje ranken, alsof ze vuur spuwden en aan elk ervan hing een stuk fruit. Sommigen zagen er uit alsof ze elk moment uit elkaar konden barsten. Als Tomas een rijpe vrucht vastpakt gloeit hij en laat hij ineens los van de plant. Tomas neemt de vrucht mee naar huis. De vrucht lijkt te groeien en geeft steeds meer licht. Als het donker is, spat de vrucht uit elkaar en is een klein draakje geboren. Tomas moet aan de gang om het draakje op te voeden en verborgen te houden voor zijn omgeving. Dat verborgen houden is natuurlijk wel een beetje moeilijk als je draak overal explosieve poepjes achterlaat die om de haverklap ontploffen. Of dat hij geregeld vonkenregens sproeit. Maar een kniesoor die daarover valt en zeker een kind niet.
Het verhaal deed me meteen denken aan ‘De drakenoppasser’ van Josh Lacey. Maar dat mag de pret niet drukken. Het is ook nog een aanrader als je bijvoorbeeld niet op deel twee kan wachten. Het vervolg: ‘De jongen die met draken leefde’ is al aangekondigd en staat gepland voor oktober dit jaar.
Jos Lexmond