Uitgeverij Luitingh-Sijthoff B.V., Amsterdam (2015)
744 pagina’s; prijs 24,99
Oorspr.: Fool’s Quest – Book Two of The Fitz and The Fool Trilogie – (HarperVoyager, Londen – 2015)
Vertaling: Ruud Bal & Wilie van der Kuil
Omslag: Mariska Cock/Marco Lap & John Howe
Robin Hobb, of eigenlijk Megan Lindholm schrijvend als Robin Hobb, begint voor mij steeds meer een fenomeen te worden. Velen scharen het onder Fantasy, maar hoe meer boeken ik lees en hoe meer trilogieën er verschijnen, hoe meer ik denk dat de bron Science Fiction is. Ik heb zo’n idee dat de wereld van de Zes Hertogdommen en de Wilde Regenlanden duizenden jaren gekoloniseerd is door de aarde (zoiets als in Ann McCaffrey’s Pern) die er schitterende steden met adembenemende technische hoogstandjes (Zijn de Vermogenszuilen gewoon geen materiezenders?) gebouwd hebben en misschien ook wel de draken ontworpen hebben. Met welke doel en intentie… ik weet het niet. Als je de Kronieken van de Wilde Regenlanden leest die vooraf gingen aan de Boeken van Fitz en de Nar, raakt je daar steeds meer van overtuigd. Draaf ik nu een beetje door? Misschien wel. Misschien is het ook wel de oude SF liefhebber die een beetje aan wishful thinking doet. Maar toch… het zou zomaar kunnen.
Het is wel zo dat Robin Hobb met elke nieuwe trilogie die ze begint in deze fascinerende wereld een nieuw venster opent om met een ander aspect van de wereld kennis te maken en met elk boek in de trilogie dat venster steeds wat meer opent en ons een wijdere blik geeft op haar schepping.
Het enige wat je misschien als nadeel mag ervaren is de traagheid waarmee het verhaal verteld wordt. Langzaam meanderend wordt je meegevoerd over de rivier van gebeurtenissen en nergens zal Hobb verleidt worden om zich te haasten, om het verhaal op te stuwen zodat je het bijna niet meer houdt van de onderhuidse spanning om door en door en door te lezen tot je de laatste pagina gehad hebt en het boek zuchtend en smachtend naar het volgende deel weglegt. Dat van het zuchten en smachten naar het volgend verhaal dat klopt wel, maar verder wordt het verhaal rustig verteld en neemt Hobb alle tijd om alle details nauwgezet op papier te zetten. Ik hoop maar dat er eens duidelijkheid komt waar de Ouderen vandaan komen en waarom ze gedaan hebben wat ze gedaan hebben voordat ik het loodje legt of voordat Robin Hobb het loodje legt (ze is tenslotte ook al 63). Het zou eeuwig zonde zijn het niet te weten na zoveel verhalen, zo eindeloos veel woorden.
Nou… genoeg gefilosofeer. Het was jammer dat ik het eerste deel in deze trilogie niet had toegezonden had gekregen en nu het tweede deel wel. Het eerste heb dus alsnog in de bibliotheek gescoord. Ik heb er een hekel aan een tweede deel te beginnen als ik niet weet war het eerste over ging. Dat eerste ging dus grotendeels over de geboorte en jeugd van Bij, de dochter van Tom Dassenkop (ofwel Fitz Chevalric) en Mollie en het speelt zich tien jaar af na de gebeurtenissen in de Trilogie De Boeken van de Nar. Ook komt Tom Dassenkop de Nar weer tegen.
De Geheimen van de Nar gaan door waar het eerste boek ophield. Tom Dassenkop, wordt in volle eer en glorie herstelt als Prins FitzChevalric en je zou verwachten dat Fitz te vuur en te zwaard uit zou rijden om zijn dochter en Schuw (of Schijn) uit de klauwen van de ontvoerders te redden, maar niets is minder waar. Hij heeft rekening te houden Chade die wezenloos uit de Vermogenszuilen is gekomen, het herstel van de Nar van alle zijn martelingen dat maar langzaam opschiet en het reilen en zeilen van het koninkrijk dat meer van hem eist dan dat hij zelf toe wil geven. En buiten dat alles… waar zijn de ontvoerders van Bij. Ze zijn spoorloos. Maar als ze dan eindelijk opduiken neemt Fitz zijn kans en gaat in de aanval. Maar komt hij op tijd…
Dat is de vraag en ik beantwoord hem niet. Ik heb een dikke 1400 pagina’s leesplezier achter de rug en ik wil meer. Veel meer. Ik vrees toch dat we nog even moeten wachten. Assasin’s Fate is de Engelse titel voor het derde deel en het staat gepland in juli dit jaar te verschijnen. Dan moeten wij nog even wachten op de vertaling. Nog even geduld oefenen dus. Het zal niet meevallen.
Jos Lexmond